Kramen bij een gezin op een kamer van 3 bij 3, maar wat een verhaal schuilt daarachter…
Ik ben Rose Anne, 25 jaar, kraamverzorgster én sinds kort ook moeder van Vive! Vive is nu vier maanden en alles gaat super goed. Toen ik een jaar of acht was riep ik: ‘Later als ik groot ben dan wordt ik moeder én kraamverzorgster’. Eerst heb ik de opleiding tot verpleegkundige gedaan, maar uiteindelijk toch gekozen voor de kraamzorg thuis bij de mensen, waarom? Omdat je dan veel meer contact hebt met de kersverse moeder. Ook beteken je meer voor het gezin. Als kraamverzorgster maak je veel mee, mooie dingen zoals de bevalling, een nieuw leven. Maar ook zeker minder leuke dingen. Vanwege de privacy van mijn kraamgezinnen gebruik ik andere namen in mijn blog.
Het is zondagochtend, om 10 uur word ik gebeld door de kraamzorg dat ze een gezin voor mij hebben. ‘Rose anne, het is niet zomaar een gezin… Ze wonen in het asielzoekerscentrum. Én spreken geen Engels. Ze hebben recht op twee keer 1,5 uur zorg!*
Ik lees eerst het protocol nog even door over het werken op een AZC. Met goede moed ga ik erheen. Ik meld me bij de receptie en geef aan op welke kamer ik moet zijn. De beveiliging loopt met mij mee en wijst de kamer aan. Ik schrik van wat ik daar aan tref! Ik ben op veel plekken geweest, maar waar dit gezin met drie personen in moet leven is bizar klein. Ik denk dat de kamer niet groter is dan 3 x 3 meter. Waarin twee bedden staan, een wasbak, kast en een tafeltje met stoel. In het hoekje zit een jong meisje op bed. Ze stelt zich voor als Layla, ze heeft een hele kleine prachtige dochter Nema gekregen. Met handen en voeten weet ik de bevallingspapieren te bemachtigen en het kraamboek. Dit kan nog wel eens knap lastig worden, maar gelukkig bestaat de tolktelefoon. En die heb ik nu nodig! Samen met de tolk en Layla bespreek ik het een en ander. Het is tijd om dochter Nema te voeden. Ik kan wel zien dat ze onzeker is tijdens het verschonen en voeden. Ik geef haar wat tips die ze goed oppakt. Nadat ik Layla en Nema heb gecontroleerd is het alweer tijd. We spreken af dat ik vanmiddag weer terug kom om weer te helpen bij de voeding. ‘s Middags gaat het goed met de voeding en vraag ik via de tolk of ze een badje heeft zodat we Nema morgen in bad kunnen doen. De tolk geeft aan dat ze dit niet heeft, sterker nog… Ze heeft überhaupt niks voor Nema. Ze heeft een paar luiers, drie rompertjes en twee setjes kleding. Er ontbreken meer kleertjes, hydrofiele doeken, badje, genoeg luiers. Kortom ze komt veel te kort en dat vind ik verschrikkelijk. Nadat ik daar klaar ben plaatst ik meteen een berichtje op verschillende babypagina`s op Facebook. Hierin vraag ik om babykleertjes en – spulletjes. Na een uurtje rond rijden zit mijn kleine autootje toch aardig vol. Dan krijg ik een berichtje van een vrouw, ze heeft niet veel spulletjes meer maar wil graag €100 geven. Hoe lief?! Die mevrouw ben ik nog steeds zó dankbaar. Daardoor kon ik nog meer spullen kopen en een aardige luiervoorraad aanleveren. Verder kocht ik douchespullen voor Layla en haar vriend. En een afwasborstel met afwasmiddel en een theedoek, want ook dit ontbrak. De volgende dag ging ik vol goede moed met een badje, kleertjes en luiers naar Layla toe. Díe blik in haar ogen, die zal ik niet snel vergeten. Nadat Nema lekker in bad was geweest en gedronken had was het alweer tijd om te gaan. Toen ik later op de middag terug kwam trof ik Layla huilend aan met een foto in haar handen. Eén foto uit duizenden, de foto was gescheurd, verkleurd en gekreukeld. Op de foto was een gezin van zes te zien: een vader, moeder en vier kinderen. Ze wees zichzelf aan. Toen besloot ik om weer de tolk te bellen, ik wilde graag dat ze voor mij vertaalde wat Layla huilend vertelde. Pff… Hier komt het verhaal.