Eindelijk, dit doorslaggevende symptoom geeft deze mama de juiste diagnose!

Veerle is vandaag, 14 juni, 10 maanden oud. 10 maanden vol liefde, plezier en chaos. Maar ook 10 maanden vol tranen, angst, onmacht en frustratie. Want het gaat nog steeds bagger, al 10 maanden bagger. Maar dat laatste mag ik niet meer zeggen van de psycholoog… Want jeeetje, ik kom van verrrrrr! Vergeleken bij afgelopen Oktober gaan we nu over roosjes, hele mooie roosjes. Behalve dan dat het alles behalve over roosjes gaat. Maar dat maakt niet uit, er is vooruitgang. En dat is wat telt.

PTSS is a bitch. En veel meer heb ik daar niet over te zeggen. Gewoon een trut. Sinds ik gediagnosticeerd ben met PTSS zijn er ontzettend veel dingen op hun plek gevallen. En weet je wat zo menselijk is, zo typisch?! Dat we allemaal niet in hokjes willen, of opzoek zijn naar een stempel. Maar, diep van binnen ben je juist WEL op zoek naar een stempeltje. Ik in elk geval wel, kwam ik achter. Want, met een stempeltje komt vaak een stappenplan/behandelplan. Een stempeltje betekend vaak dat er IETS aan te doen is.

En voordat ik de stempel kreeg was het maar aftasten wat er dan toch precies was.. Heel lang is het ‘randje postnatale depressie’ geweest en ondanks dat dat misschien wel zo was, voelde het alsof er meer was. Tot ik tegen mijn thuiszorg zei dat ik zo belachelijk vergeetachtig was, maar echt serieus belachelijk. Voorbeeldje: Als ik zondag en maandag 2 hele slechte dagen had, maar dinsdag weer een hele goede, dan zei ik op woensdag tegen de psycholoog dat ik een hele goede week had gehad. Ik kan gewoon niet verder terug denken. Ik kan me niet meer voor de geest halen wat we deden, hoe het ging, wat we aten enz. enz. enz. Echt, FRU-STRE-REND!!!

Anyhow, op dat moment ging er een lichtje branden bij de thuiszorg en ze verzocht me vriendelijk doch dringend dit te melden bij de psycholoog. En inderdaad, dit was voor de psych het ‘doorslaggevende’ symptoom. Een flink aangetast korte termijngeheugen. En daar was mijn stempel, PTSS. Posttraumatische stressstoornis, een hele bek vol. Ik heb nadien thuis gegoogled op de symptomen en daar herkende ik me wel echt enorm in. Bijna eng. Maar.. Er was misschien een oplossing, een idee.. Iets wat we hiervoor nog niet bereikt hadden met ‘randje postnatale depressie’.

Vrijwel direct begon de psych toen over EMDR therapie en hier had ik wel oren naar. Had het veel gehoord om me heen, veel positieve verhalen en ervaringen. We zouden in Juni beginnen met EMDR maar er waren een hoop dingen tussen gekomen, waardoor het nu word opgeschoven naar Juli. En veel langer dan dat wil ik ook niet wachten, want ik voel dat dat is wat ik nodig heb. Elke vezel in mijn lijf schreeuwt om rust. En ik ben van mening dat er een stuk rust terug komt na de nodige EMDR behandelingen.

Ik wil niet meer leven met angst en paniek. Ik wil net als (bijna) elke mama gewoon zelf voor mijn kind zorgen en haar niet hoeven wegbrengen 2x (of vaker) in de week, zodat ik aan mijzelf kan werken en aan mijzelf toe kom. Ik wil zelf mijn huishouden kunnen bijhouden en voor mijn gezin kunnen zorgen. En niet halfgebakken, op z’n elvendertigst (kennen jullie dat?) en met de Franse slag. Ik val of sta met Veerle, big time. Als Veerle goed in haar doen is, ga ik ook lekker. Want dan heb ik de tijd en aandacht voor mijzelf, om er voor te zorgen dat ik niet over mijn grenzen ga. Maar, is Veerle ziek of zit ze in een sprong (zoals nu) dan kan je me opvegen, want daar gaat dan al mijn energie naar toe. Wat overigens normaal is, maar wat ik dus gewoon nog niet aankan. En er zijn nog zo-veel dingen die ik zou willen. De oude Arie weer zijn, afspreken met vrienden, uiteten wanneer we dat willen, spontaan dingen gaan doen en ga zo maar door. Maar dat zijn echt de laagste prioriteiten op mijn lijstje. Ik wil een goede mama zijn en de rest komt daarna wel weer.

Ik heb nu nieuwe medicijnen, voor dagelijks gebruik. Deze zouden er voor moeten zorgen dat de alledaagse prikkels wat minder binnen komen, ik iets beter slaap en over all iets beter in mijn doen ben. Ik slik ze nu een week, en behalve beter slapen merk ik nog weinig. Behalve dan dat ik overdag ook wel heel de dag kan slapen. Maar hey, dat is mama-eigen volgens mij. Haha! Maar ik zal er vast even aan moeten wennen en dan nemen de bijwerkingen vanzelf af. Ik ben heel benieuwd waar ik over 10 maanden vanaf nu sta. Gaan we dan lekker en stabiel? Of is er dan nog altijd een onzekere factor?

Voor nu genieten we waar het kan en vechten we waar het moet. En het is oké als ik iets niet durf, of iets niet aan kan. Het is oké dat ik elke week wel een keer instort. Het is oké dat ik haar 2 dagen naar Oma breng. Het is oké dat ik hulp heb in huis. Het is oké om zo onsociaal als de pest te zijn. Het is oké om nergens meer zin in te hebben. En het is oké om soms in stilte met de gordijnen dicht op bed te liggen omdat je niet meer kan. Het is allemaal oké voor nu, want weet je? Dit heb ik nodig, ook dit is herstel of werken aan herstel. Soms moet ik heel egoïstisch mijzelf op 1 zetten, want anders hebben de andere 2 niks aan mij. Samen slaan we ons er wel doorheen, dat is de afgelopen maanden wel gebleken. Team Vrijheid for the win! We proberen toch ook tijd in te plannen voor leuke dingen, met hoeveel Oxazepam dan ook, we moeten zelf ook eens kunnen ontsnappen uit onze dagelijkse sleur. En gelukkig vinden we daar in ook steeds beter onze weg en laten we PTSS zo min mogelijk de baas spelen over ons en mij. Maar ’t blijft een bitch, geen discussie over mogelijk! Ik vind het enorm fijn dat ik via Instagram zo’n groot platform heb met allemaal papa’s en mama’s, sommige in hetzelfde schuitje en sommige nog in een veel moeilijker schuitje. En sommige in een heerlijk, tevreden en blij schuitje. Met mij zullen en velen zijn die dat kunnen beaamen. Soms is een beetje begrip, een luisterend oor of een klein gebaar alles wat je nodig hebt. Ook dat is menselijk, toch? Je kan het niet altijd maar alleen en op eigen kracht en dat is helemaal niet erg!

 

 

 

  ARIANNE (klik hier voor haar Instagram) 

Dagje dierentuin met een verwende peuter

Dagje Dierentuin met een verwende peuter

 

Hiep hiep hoera, oma wordt 87 jaar. Om dat te vieren wil oma graag met de hele familie op stap. Daar komen al direct twee enorme uitdagingen om de hoek kijken: 1. Bedenk maar eens iets wat iedereen leuk vindt. En met iedereen dan bedoel ik van een oma van 87 tot aan een baby van 0 en alles daartussen. Gelukkig vindt jong en oud het leuk om naar een verzameling levende dieren in een parkachtige omgeving te kijken, dus die uitdaging was snel overwonnen. Het werd de dierentuin. Dan uitdaging 2; vind maar eens een datum waar op iedereen kan. Nou verjaart oma al 87 jaar op dezelfde datum, dus je zou denken dat iedereen er wel rekening mee houdt in de agenda en warempel.. dat bleek ook het geval. Oma blij, pubers blij, verwende peuterdochter blij, baby (die toch nog geen mening heeft) blij. Iedereen blij. So far, so good.

Dus zo geschiedde, we gingen naar de dierentuin. Om de stemming er goed in te krijgen, vroeg ik in de auto nog eens aan Jackie, mijn lieve, verwende peuterdochter van 2,5 jaar of ze wist waar we heen gingen. Ze was helemaal door het dolle heen: “Ja mama, de dierentuin.” Goedzo, ze weet het nog en ze lijkt er zin in te hebb.. “Dinosaurussen!!”  Wacht, wait a minute, dinosaurussen? “Nee schatje, hoe kom je daar nou toch bij?” Oh verrek, de laatste keer dat we naar een dierentuin gingen, was daar inderdaad een tijdelijke dino expositie. “Nee lieve Jackie, er zijn nu geen dinosaurussen.” “Jawehel mama, wél dinosaurussen.” En ik ben nog altijd blij dat blikken van peuterpubers niet kunnen doden, anders had ik op dat moment voor de zoveelste keer het loodje gelegd. Hmmm oké, dit gaat op deze manier een eindeloze discussie worden. Ze moet die dino’s maar zo snel mogelijk uit haar hoofdje zetten. “Maar lieve Jackie, er zijn wel een heleboel andere leuke dieren.” “Eenhoorns?” Zucht.  “Olifanten?” ze kijkt me gelukkig weer triomfantelijk aan met haar liefste gezichtje. “Nee, olifanten heeft deze dierentuin geloof ik niet” fluistert mijn man me toe. “Wat geen olifanten? Welke dierentuin heeft er nou geen olifanten? Wie heeft deze dierentuin eigenlijk uitgezocht?” en voor ik er erg in heb, ben ik al weer in een nieuwe, net zo nutteloze discussie belandt. “Leeuwen dan?” hoor ik vanaf de achterbank. Oh ja, daar moet ik ook nog iemand tevreden stellen. “Ja leeuwen wel.” (please, laten er leeuwen zijn). “Oké” antwoordt Jackie dan. Een ‘oké’ daar moeten we het mee doen. Dat zeg ik, mijn kind is nu al verwend. Even wil ik een verhaal beginnen over zielige kindjes in Afrika, maar daar hebben ze juist heel veel leeuwen, dus aangezien ik al aan mijn max van slechte discussies voor vandaag zit, besluit ik wijselijk mijn mond te houden. Bovendien is Jackie nu blijkbaar tevreden, dus ik laat het hier maar bij.

Eenmaal bij de dierentuin aangekomen, is iedereen al bij de ingang als ik nog luiers sta te verschonen, wagens sta uit te klappen en extra eten in de luiertas loop te proppen. Oké, ik ben zover. Geloof ik. “Naar de leeuwen.” En je weet wel wie dat roept, denk ik zo. Als we in het park zijn, moet iedereen natuurlijk naar het toilet en iemand die zelf vast geen kinderen heeft, heeft bedacht om naast het toilet een springkussen te plaatsen, waardoor ik hemel en aarde moet bewegen om Jackie vervolgens  weer mee te krijgen, want die wil liever de rest van de dag blijven springen. “Kom Jackie, we gaan naar de leeuwen”.

Het blijkt een prachtige, kleinschalige dierentuin, met ruime weidevelden voor de dieren. We zien walibi’s “ik wil naar de leeuwen”, aapjes “mama, zullen we verder gaan naar de leeuwen?” en zelfs witte tijgers “nu gaan we naar de leeuwen, goed idee?”. We lunchen in een mooi picknick park waar ook een oude stadsbus staat en vervolgens komen we dan eindelijk bij het verblijf van de leeuwen. Daar liggen ze, super dichtbij, een hele troep mannetjesleeuwen. “Wow Jackie, zie je de leeuwen? Zie je hoe dichtbij ze zijn? Fijn hè? Dat we nu dan eindelijk bij de leeuwen zijn.” Een antwoord blijft uit, maar dat is vast omdat ze zo onder de indruk is.

We gaan nog even kijken bij de giraffen en de cheeta’s en dan besluiten we weer terug te gaan, want we hebben ook nog ergens gereserveerd om een hapje te eten. In de auto vraag ik zogenaamd heel benieuwd wat Jackie het leukst vond in de dierentuin. “De bus” “Huh? De bus? En de leeuwen dan?” “Nee. Die deden niet eens ‘wraow’.” Om er vervolgens nog aan toe te voegen “De dino’s deden wel ‘wraow’.

 

X Ilse (typically_ilse)

5 dingen die je tijdens de bevalling beter niet tegen je vrouw kunt zeggen

Tijdens de bevalling zijn wij vrouwen nou niet de meest redelijke wezens op aarde. En dat mag, dat is ons goed recht. Bevallen is een natuurlijk proces dus laat ons ook vooral onze natuurlijke gang gaan.  Accepteer het en onderga het. Ga er vooral niet tegenin. Ik herhaal; Niet. Tegenin.  

Wees aanwezig maar ook niet te nadrukkelijk. Steun ons maar alleen waar nodig. Wees lief maar niet te soft. Support maar niet te overdreven. Koester ons maar wordt niet te klef. Snap je? Ja, daar gaan wij wel vanuit. En als handigheidje hebben wij vrouwen hierbij nog een overzicht van de uitspraken of acties die je beter niet kunt doen tijdens de bevalling. Doe er je voordeel mee!

1. “Schat ik wou dat ik het van je kon overnemen.”

Nee. Gewoon niet doen! Dat wil je niet en je kunt het ook niet, dus stop met die onzin.  Wij zijn niet voor niets uitgerust met een baarmoeder, snap je; baar-moeder. Wij baren en worden moeder. Jij hebt geen baarvader!

Daarnaast getuigd het van een enorme zelfkennis dat de vrouwen tijdens de schepping zijn uitgerust met zo’n baarmoeder. Het mannelijke geslacht had dit niet gekund. Hier ligt dus tevens het fundament van de zelfreflectie. Alleen een mannelijke schepper heeft kunnen bedenken dat wij vrouwen hiertegen bestand zijn.

2. “Ik hoor net dat het nog wel even kan duren, ik ga even naar de snackcorner. Jij ook een broodje bal?”

Deze weinig motiverende woorden gaan ons niet verder helpen. In de pijnlijke lijdensweg horen dat het ‘nog wel even duurt’ werkt niet erg opbeurend. Als de centimeters voorbij kruipen, want ja vrouwen denken op die momenten  in centimeters en niet in uren, wil je alleen maar horen dat het bijna zover is.

En buiten dat; hoe kun je nu aan eten denken?! Dat willen wij niet horen, niet ruiken en niet zien. Gewoon niet doen.

3. “Ik heb de familie even op de hoogte gesteld dat we op 7 centimeter zitten!”

We? We zitten op 7 centimeter? Dude, MIJN baarmoeder zit op 7 centimeter. Daar komt geen ‘we’ aan te pas! Bevallen doen we samen, zoals vredig geleerd op de zwangerschapsyoga. Maar in helse pijnen wordt elk vredige samenwerkingsverband snel vergeten. Dit moet de vrouw zelf doen, de verzachtende liefkozende woordjes dat WE dit samen doen verlichten precies helemaal niets.

4. Tijdens het hechten vragen of de gynaecoloog er wat steekjes extra bij kan zetten.

Echt deze flauwe-grote-mannen-kroeg-humor kennen we al. Niet grappig. Zo’n grote bek hadden jullie 9 maanden geleden ook niet tijdens de daad. Die dirty-talk van toen concludeerde iets heel anders over die doorgang down there.

5. Als de baby eindelijk is geboren concluderen dat je vrouw/vriendin weer lekker uit de voeten kan.

Want nee, dat kunnen wij niet. Gekneusd, beurs, opgezwollen of gehecht; we komen allemaal anders uit de strijd. En dat duurt even. Plassen doe je in de douche of met een kannetje op de wc. Gewapend met een mega dik maandverband in de te grote (want hé hij zit zo lekker comfortabel) onderbroek waggelen wij ons van bed naar badkamer en weer terug. Ondertussen ben je de hele dag bezig met voedingen, badjes en verschoningen. O, en vergeet ook de kraamverzorgster niet die te pas en te onpas ‘je onderkantje’ (tijdens de opleiding tot kraamvrouw leer je dus dat een geruïneerde vagina na de bevalling ‘onderkantje’ heet) wilt bekijken. Voeg daaraan toe wat kraamvisite die gedurende de dag allemaal even binnenloopt.  Maar hé; denk vooral dat wij weer heerlijk weer uit de voeten kunnen! Soort van me-time momentjes.

Heb jij daarnaast ook nog echte no-go’s voor de papa’s tijdens de bevalling? Stuur ze ons op, laten we deze bundelen in een handboek!

 

Melissa is prematuur geboren, ze woog 590 gram en was 27 cm lang, nu is ze 21 jaar

Op een nietsvermoedende donderdag, 4 december 1997, ging mijn moeder voor een heel normale zwangerschapscontrole naar de gynaecoloog bij ons in het streekziekenhuis. De hele zwangerschap voelde mijn moeder zich prima. Ze had nog niet nagedacht over bepaalde complicaties die eventueel zouden kunnen optreden, want ze voelde zich niet anders dan de andere dagen. Totdat de gynaecoloog ontdekte dat ik, Melissa, veel te klein was voor het aantal maanden dat ik al bij mijn moeder in de buik zat. In het begin niet heel spannend, de gynaecoloog vertelde dat mijn moeder rust moest nemen en om de dag terug moest komen voor controle. Dus dat deed ze, mijn moeder ging naar huis, nam rust en kwam op 6 december terug. Er werd een CTG gemaakt, dit is een onderzoek om een indicatie te krijgen van de conditie van het ongeboren kind. Hierbij werd mijn hartfrequentie geregistreerd maar ook de activiteit van de baarmoeder. Tevens werd de bloeddruk van mijn moeder gemeten maar weer niet heel veel spannends. De artsen stuurden haar weer naar huis waar ze moest blijven liggen om voldoende rust te krijgen.  

 

Weer 1 dag later, 8 december 1997, ging mijn moeder terug ter controle. Maar wat bleek… Er zat geen verandering in mijn groei, ik was nog steeds veel te klein. Mijn moeder moest ter observatie in het ziekenhuis blijven. Later die dag vertelde de gynaecoloog dat ze haar in het streekziekenhuis niet verder konden helpen. Ze zou naar een ander ziekenhuis verplaatst worden, een ziekenhuis waar ze wel gespecialiseerd zijn in zulke kleine baby’s. De volgende dagen gingen snel, mijn moeder werd per ambulance naar het academische ziekenhuis gebracht, waar ze verder onderzocht werd. Twee professoren legden mijn ouders uit wat er kon gaan gebeuren. Ik was te klein en zou wellicht eerder ter wereld komen dan dat de bedoeling was. Maar hier kwamen wel complicaties bij kijken. Zo was er 98% kans dat ze een doodgeboren kindje zouden krijgen. Mocht ik toch zo een vechter zijn en die 2% waar maken en dus blijven leven, dan zou ik volgens de artsen waarschijnlijk een zware beperking krijgen.

 

Woensdag, 10 december 1997, zowel mijn moeder als ik lagen onder controle, ik zat nog in mijn moeders buik en de artsen proberen de zwangerschap zolang mogelijk te rekken. Mijn moeder kreeg een langdurige CTG plus bloeddrukmetingen. Maar na een tijdje ging mijn hartslag ineens veel te snel omlaag. Mijn moeder moest met spoed bevallen. Ik moest hoe dan ook direct ter wereld komen, anders zouden ik en mijn moeder waarschijnlijk allebei komen te overlijden! Terwijl alles werd klaargemaakt om mij met een keizersnede te laten komen, kon mijn moeder nog snel mijn vader bellen. Ze vertelde hem dat ik geboren zou worden. Uiteindelijk had mijn vader de dokter aan de lijn. Ik moest met spoed komen, alles ging in een razend tempo. Mijn moeder kreeg een algehele narcose en heeft niks van de bevalling meegekregen. Om 14:40 uur werd ik geboren, drie maanden voor de uitgerekende datum. Ik woog 590 gram, was 27 cm lang en had een groeiachterstand van vijf weken. Ik werd gelijk onderzocht en daarna met allerlei slangetjes en andere toestanden in de couveuse gelegd. Toen arriveerde mijn vader en hij werd opgevangen door een verpleegkundige die hem feliciteerde met de geboorte van zijn dochter. Eerst ging hij naar mijn moeder, even later kwam hij bij mij. ‘s Avonds kwamen ze samen kijken.

 

Toen ik eenmaal 1 dag oud was kwamen de artsen erachter dat er iets mis was met mijn bloed. Wat, dat weten we tot op de dag van vandaag nog steeds niet. Ik kreeg een bloedtransfusie. De ene dokter haalde geleidelijk mijn oude bloed eruit en de andere dokter spoot nieuw bloed in. Verder moest ik in de couveuse blijven, ik werd continu onder controle gehouden. Mijn ouders hadden iedere week een gesprek met de artsen, deze gesprekken gingen over mijn toestand en hoe ik me ontwikkelde. Maar een paar dagen na mijn geboorte werd werd mijn moeder ziek en haar bloeddruk steeg enorm. Ze bleek het HELLP-syndroom te hebben. Vroeger werd dit ook wel ‘zwangerschapsvergiftiging’ genoemd.
Een aantal weken later, op Eerste Kerstdag dachten de artsen dat ik een besmettelijke bacterie had opgelopen en werd ik voor de zekerheid op een aparte kamer gelegd. Mijn ouders waren Kerst aan het vieren en kwamen daarna naar mij. In die tussentijd probeerde de verpleegkundige hen te bereiken maar helaas kregen ze mijn ouders niet te pakken. Toen ze op de couveusekamer kwamen, zagen ze mij niet liggen en ze schrokken zich rot. Ik lag op een aparte kamer zodat ik verder niemand kon besmetten maar paar dagen later bleek dit toch onnodig te zijn.  

 

Zodra mijn toestand voor langere periode stabiel bleef, mochten mijn ouders me vast houden. Ze mochten me tegen hun blote borst aanhouden. Tenminste dit was hun beloofd, maar juist op dat moment verslechterde mijn toestand. Uiteindelijk na nog een een paar weken wachten mocht voor even de couveuse uit. Ik mocht even knuffelen met mijn papa en mama, maar wel met zuurstofpomp want volledig zelfstandig ademen dat lukte nog niet. Tijdens het knuffelen (buidelen) met mijn ouders werd ik heel rustig en kalm. Na het knuffelen met mijn ouders verbeterde mijn toestand. Ik maakte kleine stapjes in de goede richting. Maar desondanks had ik ook nog last van de vele prikkels en onrustige momenten, mochten deze momenten zich voor doen dan legde mijn vader zijn hand op mijn hoofdje en kriebelde hij mij achter achter in mijn nek. Hier werd ik toen der tijd en nu nog steeds enorm rustig van. Ik maakte de weken die daarna volgden grotere stappen. Ik was ineens een flinke stap dichterbij huis: ik werd overgeplaatst naar het ziekenhuis bij ons in de buurt.

 

WORDT VERVOLGD…  

 

 

Melissa  

Bevallingsverhaal: Mirjam Hart had drie totaal verschillende bevallingen!

Mijn bevallingsverhaal: De geboorte van Filou

Mijn naam is Mirjam Hart en ik ben moeder van de 3 allerleukste kinderen: Noah van 13, Eli van 4 en Filou wordt eind juni 2. Met 3 bevallingen achter de rug kan ik met zekerheid stellen: geen bevalling is hetzelfde en je weet nooit hoe het zal lopen. De geboorte van onze dochter had ik dan ook wel iets anders voor me gezien…

Noah werd de dag voor de uitgerekende datum in een sneltreinvaart geboren. Een bevalling uit de boekjes, zei de verloskundige. Net zoals mijn hele zwangerschap eigenlijk. Het ging inderdaad heel soepel en het was het allermooiste wat ik ooit had meegemaakt.

Bij de geboorte van Eli ging het er heel anders aan toe. Het was bijna een week na de uitgerekende datum toen ik opeens werd opgenomen in het ziekenhuis voor een te hoge bloeddruk. Na een dag en een nacht rommelen besloten ze dat het tijd was om de man ter wereld te laten komen. Ik zou de volgende ochtend om 7 uur ingeleid worden. Die nacht kwamen de weeën spontaan op gang, maar de verloskundige vond het toch beter om evengoed te beginnen met inleiden. Om half 8 begon het circus en even na 9 uur hield ik Eli in mijn armen, na een heftige bevalling met weeën die ik niet kon bijbenen en waar ik spontaan een paniekaanval van kreeg. 

Tijdens de zwangerschap van Filou had ik enorm last van allerlei zwangerschapskwaaltjes. Ik had al vroeg in de zwangerschap pijn in mijn bekken en mijn stuitje en aan het eind van de rit was ik dus hartstikke moe. De kleine dame bleef helaas zitten waar ze zat, zelfs ruim een week na de uitgerekende datum. Ik werd tot tweemaal toe gestript, maar er gebeurde vrij weinig.

Wel veel valse weeën, waar ik behoorlijk van in de war raakte. Na twee bevallingen wist ik toch wel hoe weeën aanvoelde en moest ik toch instinctief weten wanneer de bevalling begon? Niet dus.

Toch dacht ik op een gegeven moment echt dat de bevalling begonnen was. We spraken met de verloskundige en een vk in opleiding af bij het ziekenhuis. Omdat mijn vorige bevallingen zo snel waren gegaan, namen we geen enkel risico. Ik settelde mij in het heerlijke bed op de nieuwe kraamvleugel van het ziekenhuis en keek echt uit naar de bevalling. Maar na een paar uur gebeurde juist het tegenovergestelde: De weeën namen af! Teleurgesteld keerden we huiswaarts met een lege maxi cosi.

Die nacht sliep ik als een roos en ook de volgende dag kon ik het rustig aan doen. Op wat valse weeën na bleek er niets aan de hand te zijn. De verloskundige belde zelfs op een gegeven moment wat ongerust, want ze had eigenlijk wel verwacht binnen een paar uur weer iets van mij te horen. Ik bekende dat ik daar wel op had gehoopt, want ik zat er behoorlijk doorheen. Ik was ontzettend moe en labiel en zag steeds meer op tegen de bevalling.

We besloten samen terug te gaan naar het ziekenhuis om daar de vliezen te laten breken. Wie weet was dit het laatste zetje wat onze kleine meid nodig had.

En ja hoor, de vliezen waren net gebroken en ik voelde meteen hoe de weeën heviger werden. Al snel kreeg ik persdrang. Zo snel zelfs dat ik niet durfde te persen, omdat ik nog niet was overtuigd dat ik voldoende ontsluiting zou hebben. Ik vroeg aan de vk in opleiding of ze voor de zekerheid nog even wilde kijken of het echt kon. Maar ik had toch al echt 10 centimeter ontsluiting en ik mocht gaan persen. Kort daarna lag ons meisje op mijn borst.

Bevallen vind ik echt iets magisch. Helemaal nu ik weet dat je dus echt nooit kunt inschatten hoe het gaat lopen. Ook al waren ze alle drie niet even makkelijk, ik weet nog wel dat ik na iedere bevalling dacht: Zo, dat is voor herhaling vatbaar! Ik zou het zo nog 10 x doen, maar helaas vindt mijn vriend het nu welletjes. We hebben ook een prachtig gezin met 3 geweldige en totaal verschillende kinderen. Dus misschien moet ik hem wel gelijk geven…

En dan verlaat je dus het ziekenhuis mèt kind, die angst dat ze ons afgenomen wordt blijft aanwezig

In mijn vorige blogs heb ik jullie verteld over het verlies van onze drie kinderen. Zwangerschap, blijdschap, angst, vroeggeboorte, verlies, miskraam en als laatst een stukje hoop. Klik hier voor mijn vorige blog.

Eind maart kreeg ik in het VU de abdominale cerclage, ons laatste stukje hoop om een zwangerschap te mogen en te kunnen voldragen. Eind april zag de controle er goed uit, groen licht dus. Aan de ene kant wilde ik zo snel mogelijk zwanger worden en aan de andere kant mocht het van mij ook nog héél lang duren. Snel omdat we er dan inzitten en eerder een antwoord hebben, een antwoord of het gaat lukken. En lang duren omdat ik stiekem heel bang ben voor het antwoord. Maar voordat we er over na konden denken was het al raak. De trein begint weer te rijden, maar naar welk eindstation blijft een verrassing. Mensen die mij kennen weten dat ik het liefst alles van te voren weet, zodat ik er vast rekening mee kan houden ‘ik houd niet van verrassingen’. Maar dit is te groot, te broos, te bijzonder en te kwetsbaar en tegelijkertijd zo eng!! Welk station het ook zal gaan worden we hebben er echt alles aan gedaan om onze wens te vervullen.

De eerste babyecho. Spannend, de test zegt wel dat ik zwanger ben en ik kots de longen uit mijn lijf, maar zit er wel echt iets? Ik denk dat de moeders onder ons dit wel herkennen. Het is zo iets ongrijpbaars. En dan kijk je vol verwachting naar het scherm als ze de echo maken en wat zie je? Een stip met een knipperlicht/ Ik vraag mezelf af of dit toch nog goed gaat komen. Maar wauw!!! Dat knipperlichtje is zó welkom…. Bizar hoe snel een kindje zich kan ontwikkelen in een echt mensje. Waar ik zo van baal is dat ik het super lastig vind om echt te genieten van een echo. Ik zie op een scherm een kindje en hoop alleen maar dat dit kindje bij ons mag blijven en ik baal ervan dat ik mezelf dit moet af vragen. Het liefst kijk ik er naar en omarm het met al mijn liefde voor dit kleine mensje, maar dit lukt nog niet zo goed, beter gezegd: Dit durf ik niet zo goed, bang dat het me ‘weer’ ontglipt. Wat voor de meeste geldt, is dat je 12 weken je mond houdt, want dan ben je uit de ‘gevaren zone’. Dit heeft voor ons wel een andere dementie gekregen. De gevarenzone is pas voorbij als je een gezond kindje in je armen hebt, en dan nog. We vonden het alleen een beetje gek om niemand wat te zeggen tot dat het gezond en wel geboren zou zijn met 40 weken. Nee alle gekheid op een stokje, het is en blijft één groot wonder en ik hoop dat mensen dit niet vergeten. Nu ben ik me er ook bewust van dat als ik deze rugzak niet had, ik er misschien ook anders in zou staan. Dus blijf ik lekker zeggen dat het één groot wonder is en dat niks vanzelfsprekend is. ‘Herinner je gister, droom over morgen, maar leef vandaag’ Maar och, ik kan jullie wel vertellen dat ik er van droom die 40 weken überhaupt te halen, zo’n magische getal. Ik lees vaak dat vrouwen die zwanger zijn schrijven: ‘Pffff ik ben er zo klaar mee wanneer kom je nou.’ En dan denk ik: ‘Wow, ik wou dat ik het überhaupt zou halen!’ En stiekem denk ik echt: ‘Zeik wijf, wees blij’. Dus dit keer hoop ik gewoon lekker 40 weken te halen en dat ik ook zo’n ‘waar blijf je nou’ berichtje kan plaatsen, gewoon omdat het dan kan. Maar aller eerst kijken wij uit naar onze eerste mijlpaal en dat is voor ons 24 weken. Met 24 weken is het kindje levensvatbaar, veel te vroeg en zo weinig kans maar er is een kans. Onze tweeling kwam op de dag af ook met 24 weken. En ik ben dankbaar dat we de tijd die we met ze hadden genoten. Een week eerder en we hadden die tijd niet gehad. Daarom is de eerste mijlpaal 24 weken. Wat er vanaf nu eigenlijk gaat gebeuren is dat ik vanaf nu (14 weken) wekelijks protulon injecties krijg. Dit is een hormoon wat er voor zorgt dat de baarmoeder rustig blijft. De cerclage zit er in. Verder is het naast de ‘gewone’ controles goed luisteren naar mijn lichaam. Als er zich dingen voordoen moet ik direct contact opnemen en dan kijken we wat we gaan doen. Stap voor stap… Met 20 weken stop ik met werken en zal ik leven als een ‘oude oma’.

24 weken

En opeens was ik daar, alweer 24 weken. Onze eerste echte mijlpaal en ik heb het gewoon gehaald. Vanaf 20 weken lag ik al plat. Wat ik gedaan heb de afgelopen vier weken? NIKS! De dagen aftellen totdat ik bij de 24 weken was. Liggen, coconnen en hopen dat ons kleintje morgen nog warm bij mij zit. Het gevoel van: ‘Laat mij broeden en stoor me niet, ik zie jullie allemaal wel weer als zij geboren is’. Als ik het zo nalees klinkt het alsof dit een soort ‘oer’ instinct was. Ik wilde het zo graag helemaal voltooien dat ik me vooral daar op focuste en er niks bij kon hebben. Op naar onze volgende mijlpaal, 27 weken. Met 27 weken werd onze eerste zoon geboren… Weer zon getal waar ik zo graag over heen wil.

27 weken

Ze zat er nog….WAUW. Ook gelijk een controle. Ze keken naar de cerclage en naar de lengte van de baarmoederhals, bibber de bibber. Maar tot onze grote verbazing zat dit allemaal nog steeds helemaal goed en was alles zoals het hoort te zijn. En ja, ik weet dat het er morgen anders uit kan zien, maar voor nu zit het goed en dat met 27 weken. Nu begint er echt een rare tijd, vanaf nu zijn we nooit verder gekomen. Tot 27 weken is een soort van bekend terrein. We zaten ook te bedenken wat onze volgende mijlpaal zal zijn, maar we zijn tot de conclusie gekomen dat we die niet hebben. Die 27 was al zo’n magische getal, gehoopt maar nooit gedacht deze te halen. En ja we kijken uit naar die 30, maar eigenlijk is voor ons nu toch elke dag een mijlpaal.

30 weken

Man man man!! 30 Weken, wie had dat gedacht? Ik zal niet zeggen dat het hier over roosjes gaat, want de harde buiken, pijn en druk  op de cerclage waren toch wel begonnen. In het VU was de cerclage geplaatst maar ik ben onder behandeling van het AMC en ik heb gelijk de eer dat ik de eerste hier ben met deze vorm van cerclage. Het moeilijk van deze vorm is dat je eigenlijk geen ontsluiting kan krijgen. Mocht het lichaam dit wel willen door weeën op te wekken, dan is het gevaar dat deze cerclage kan scheuren. Ik hoef jullie denk ik niet te vertellen wat voor gevolgen dit kan hebben, vooral voor mij. In samenspraak met de artsen kijken we gewoon heel goed hoe het met mij gaat, wat ik voel en hoe lang ik het volhoud met de daarbij genomen risico’s. Genoeg is genoeg en dat betekent dat ze gehaald zou worden. Gewoon bevallen kan niet omdat de cerclage heel hoog zit, het zal dus altijd een keizersnee worden. Maar jongens! Ik ben al zo ver.

36 weken

Op 36 weken op een unieke dag ‘vrijdag de 13de’ is onze dochter geboren ‘Djazz Ruby’. Donderdag 12 januari voelde ik wederom meer druk op de cerclage en ik had veel harde buiken. Ik besloot aan de bel te trekken en naar het ziekenhuis te gaan. Steeds had ik (op het laatst) in mijn hoofd: ‘Als ik die 36 weken maar haal’. En wat was ik blij dat ik die bijna gehaald had. Het was alsof ik me toen pas kon overgeven door te zeggen: ’Deze pijn is niet meer aanvaardbaar’. In het ziekenhuis hebben we daarom ook overlegd voor de longrijping en deze gekregen. Longrijping heeft een inwerktijd van 48 uur en werkt 10 dagen. Toen de spuiten erin zaten dacht ik alleen maar: ‘Nog even volhouden, in ieder geval die 48 uur.’ Ondertussen werden de harde buiken wat vervelender, maar ik liet me niet kennen, die 48 uur waren immers nog niet gepasseerd. De volgende ochtend werd het nog wat heftiger dan ik had gepland. ‘Volhouden’, dacht ik! Tot dat ze me aan een CTG-scan legden. Oeps… die pieken om de twee minuten kon ik niet verbloemen. Een paar keer kwamen ze vragen of het wel ging. ‘Ja hoor, het gaat prima’, zei ik zwetend. Tot de arts kwam en ze zei dat toegeven niet mijn sterkste kant is, maar dat we nu niet langer meer gaan wachten. Met deze frequentie en duur van zwangerschap is het het risico niet meer waard. ‘Hoe bedoel je?’, vroeg ik nog? “We gaan je dochter halen!” WHAT? ‘Straks?’ ’Ja binnen nu en 2 uurtjes.’ Maar de longrijping zit nog niet goed. Paniek!! Oke, ik moest even schakelen maar er kwam ook gelijk een soort van rust over me heen. Ik had het gered, 36 weken. Ik moest Tay bellen en vanaf toen ging alles in een stroomversnelling. Tay was nog niet binnen of hij kreeg zijn operatiekleding aan en we konden vertrekken. Vanaf het moment dat er gezegd werd dat ze vandaag zou komen tot het moment dat ze er was zat twee uur tijd. Het voordeel is dat je geen tijd hebt om er tegen op te zien, maar aan de andere kant ging het zo snel dat je maar half beseft wat er allemaal gebeurt. Eenmaal op de operatietafel met de ingewerkte verdoving, kon het beginnen. Wat een gek gevoel, je voelt geen pijn maar wel getrek en geduw in je lichaam, zo bizar. Ik denk dat het op zijn langst 10 minuten duurde totdat ze ons meisje omhoog hielden. Ze werd gelijk meegenomen omdat ze toch vier weken te vroeg geboren is. De kinderarts heeft haar helemaal nagekeken en binnen 10 minuten kwam Tay terug met onze dochter en werd ze bij mij gelegd. Voor mij een moment van paniek, was alles wel goed? Hoefde ze dan niet in de couveuse? Moest ze niet aan de beademing? Er werd alleen maar gezegd: ‘Ze is helemaal gezond, ze mag bij jou liggen.’ Ik kan jullie vertellen dat dat wel één van de onwerkelijkste momenten is geweest. Ik ben gewend dat onze kinderen gelijk meegenomen worden en ik ze pas terug zie in een couveuse aan toeters en bellen. En nu lag er een klein mooi meisje op mijn borst zonder ook maar een slangetje of plakkertje op haar lijfje, kon dit wel? Had ze dan echt niks nodig?

Toen ik eenmaal gehecht was werd ik naar de uitslaapkamer gebracht waar we met zijn drieën even konden bijkomen. We knepen onszelf of het echt geen droom is. Zo gek allemaal en wat lijkt ze op haar grote broer Gyan, heel bijzonder. Daar lag ik dan, op de kraamafdeling met een wiegje naast me bed met onze dochter erin. Ik kon haar gewoon aanraken zonder eerst mijn handen te ontsmetten, ik kon haar gewoon zien zonder alle toeters en bellen en het fijnst, ik kon haar wanneer ik wilde uit haar wiegje tillen en vast houden. De eerste nacht hebben we alleen maar liggen kijken en wel 10000x gecheckt of ze nog wel ademende. En dan verlaat je dus het ziekenhuis mèt kind… ik vond dat zo’n emotioneel moment. In de auto kon ik alleen maar huilen. Wie had ooit gedacht dat we met zijn drieën naar huis zouden gaan? Zoveel ontlading. Een droom wat werkelijkheid is geworden. Zoals bij iedere ouder is alles nieuw en spannend, maar doordat we onze andere mooie lieve kleine hummels weg hebben moeten brengen zit er zo’n lading en angst aan. Ons meisje heeft inmiddels haar broertjes en zusje overleefd, hoe gek is dat? Nu we deze mijlpaal weer hebben bereikt krijg ik iets meer vertrouwen, zou ze dan echt mogen blijven bij ons? Die angst dat ze ons afgenomen wordt is nog heel moeilijk naast me neer te leggen, het is te vaak gebeurd…En oh wat mis ik het om onbevangen happy te zijn. Happy ben ik zeker, ik geniet volop van onze kleine meid maar onbevangen happy? Dat gevoel wat ik had bij de geboorte van de eerste (wetend dat hij te vroeg kwam maar onwetend wat ons allemaal te wachten stond) dat euforische, dat heb ik niet meer en dat vind ik zo jammer. Maar lieve mensen, dankbaarheid overheerst! Wat was het een lange pittige en vooral mega spannende zwangerschap. Wekelijks spuiten in mijn bil, een cerclage die steeds pijn deed en de helft van de tijd plat gelegen niet wetend hoe het af zou lopen. Maar WAUWWW het was het allemaal waard. Drie en half jaar van blijdschap, angst, hoop, verdriet en afscheid van onze drie kindjes. Toch zijn we er samen in blijven geloven. En doordat we samen sterk staan en de moed niet hebben opgegeven ligt er nu een heel mooi meisje naast ons: ‘DJAZZ RUBY’

WONDEREN BESTAAN

GABY (klik hier voor haar Instagram)

Alarm op Instagram: zogenaamde ‘health coaches’ beloven zelfs Anorexiapatiënten kilo’s af te vallen

Zo ook onze mamablogster Michelle! Na uitgebreid onderzoek van profiel, zag de coach dat onze dame gevoelig is voor afvallen. Het anorexiaverhaal staat er duidelijk op… En dan slaat ze toe..

 

 

 

Iedereen kent ze wel, de zogenaamde health coaches die je benaderen via Facebook of Instagram.
Ze vragen of je toevallig ook health coach wilt worden of dat ze jou kunnen helpen met een gezondere leefstijl en afvallen. De afgelopen anderhalf jaar ben ik behoorlijk wat keren benaderd door deze health coaches. Op mijn meest zwakste momenten in mijn eetstoornis werd ik benaderd, soms leek het wel of dat bewust was …. Maar dat is mijn gevoel en zeker weten doe ik dat natuurlijk niet. Maar het benaderen van mensen vind ik eigenlijk al fout. Waarom moeten deze health coaches jou deze berichten sturen. Niemand weet wat er achter het andere scherm zit. Zit daar een sterke vrouw die zich niet gek laat maken, of zit daar een onzeker meisje of vrouw die wanhopig opzoek is naar het ideale plaatje.  

 

 

Want geef toe sinds sociale media er is, wordt er een ideaal plaatje geschetst, ook al weten we ergens dat dit geen realiteit is, toch willen we hier naar streven.
De één op een sterkere manier dan de ander, met daarbij dus grote gevolgen. Nu heb ik zelf een eetstoornis en behoor ik dus tot het gevoeliger zijn voor dit soort berichten. Bij mij gaan de alarmbellen rinkelen en komt mijn eetstoornis flink om de hoek kijken. “Zie je wel ik ben nog te dik, ik ben niet goed genoeg. Ik moet nog meer afvallen. Anders benaderen ze mij toch niet.” Maar ik ga hier tegen in, omdat ik echt beter wil worden en daar nu heel hard voor vecht en blijf vechten. Toch ben ik in het verleden door dit soort benaderingen dingen gaan proberen. Ik bestelde de zogenaamde afval pillen bij dit soort coaches, afvallen deed ik er niet door. Ik werd er ziek van en ik kreeg lichamelijke klachten. 

 

 

Nu zijn er natuurlijk ook echte health coaches, maar naar mijn mening zijn dat de diëtisten en personal trainers die eerst kennis met jou maken. Jouw lichamelijke toestand analyseren en dan een plan met jou maken.
En niet achter een scherm zonder echt contact en alleen het idee om geld te verdienen. 

 

 

Nu zullen veel mensen ook denken: Maar het overgewicht is de afgelopen jaren toegenomen bij volwassen en kinderen. Dat klopt, daar ben ik het zeker mee eens. En natuurlijk moet daar iets aan gedaan worden. Maar wel op een gezonde manier. Wij willen ons kinderen toch niet in het ideale hokje stoppen?
Een gezonde leefstijl begint bij gezonde voeding en beweging en hier hebben we dus onze diëtisten en personal trainers voor. Die ook zullen aangeven als je aan het doorslaan bent. En die geen wonderpil voorstellen… Hocus Spocus. Was het maar zo gemakkelijk! En is het niet veel belangrijker dat we uiteindelijk ook gelukkig met ons zelf zijn zoals we zijn? De ene persoon is lang de andere is klein, de één is wat steviger en de ander heeft een smaller postuur. Het heeft ook veel te maken met de genen die je hebt mee gekregen. En voor de mensen die denken: “Makkelijk praten voor jou omdat jij te licht bent.” Ook ik heb acht jaar geleden aan de andere kant van de eetstoornis gestaan en ik ben 30 kilo zwaarder geweest als nu. Maar om nou te zeggen dat ik me nu met mijn lichaam gelukkiger voel kan ik niet. Ik heb nu enorm veel lichamelijke klachten, ik kan veel minder en heb hierdoor een aantal keer de dood in de ogen gekeken. Streven naar het ideale beeld en me laten verleiden door de zogenaamde afvalpillen die mij werden aangeboden. Ook ik weet dat een gezonde voeding en gezonde beweging mij veel verder in het leven zal gaan brengen als mijn ongezonde anorexia levensstijl. Helaas heb ik alleen nog veel tijd nodig om daar naar toe te groeien en angsten moet overwinnen. En deze weg gun ik niemand. De jonge meiden die nu lekker nog aan het buitenspelen zijn moeten zo veel mogelijk zorgeloos kunnen opgroeien, zonder zich druk te hoeven maken over hij ze er uit moeten zien. En ik wil niet alle health coaches tegen hun schenen aan schoppen, maar wel die alleen via Instagram met pillen opereren. Maak kennis met jouw coach, kijk wie je voor je hebt en wat deze persoon allemaal heeft gestudeerd en geleerd. Elk persoon is anders en zal net iets anders nodig hebben. Creëer eer echt een gezonde levensstijl. En vooral belangrijk laat iemand zelf beslissen om iets aan zijn levensstijl te doen. Zij moeten zelf de stap willen zetten om iets om te gooien en hoeven hier niet benaderd voor te worden. En dan notabene via Instagram! 

 

 MICHELLE (klik hier voor haar Instagram) 

Ik werd tijdens mijn zwangerschap helemaal gek gek gek van… Water

‘’Je bent verschrikkelijk! Niet jij, maar je hormonen!’’

Het feit dat hormonen je water uit pak laten drinken in plaats van uit de kraan omdat het niet lekker smaakt zegt al meer dan genoeg: zwangerschapshormonen maken mij he-le-maal geschift. Ooit las ik ergens dat de hersenen van een vrouw krimpen wanneer zij zwanger is. Dit verklaard dan ook waarom vrouwen zo wazig en extra vergeetachtig zijn tijdens en na een zwangerschap. De hersenen worden tijdens een zwangerschap volledig ingesteld en voorbereid op het zorgen voor de baby en voor al het alert zijn op het huilen van de baby. Zelf denk ik niet dat mijn hersenen alleen krimpen tijdens een zwangerschap, ik onderga door al die hormonen een heuse karakter transformatie: ik word he-le-maal locoloco.