20wekenecho
Zwanger van een schisisbaby’tje geeft mij enorme borstvoedingsverdriet
“Oh, maar ze kunnen het zo mooi maken!”
We zijn jong. We zijn getrouwd en willen een gezinnetje.
Ik stop met de anticonceptie en een aantal maanden later ben ik zwanger. Gewoon, vanzelfsprekend, alsof zo hoort dat te gaan, gelukkig. We krijgen een wolk van een dochter en 1,5 jaar later krijgen we er een zoon bij. Als onze zoon 2,5 is besluiten we om nog een poging te wagen, want hoe hectisch en druk het ook is, het is zo leuk! In twee maanden is het raak. Gewoon, weer, zomaar raak. Maar toch…. Een derde. Zo’n bewuste keuze, eigenlijk hebben we ‘alles al’ he… Twee gezonde kinderen, een dochter en een zoon, een koningskoppel, zo gemakkelijk gegaan. Zou je wel voor een derde moeten gaan? Dit gevoel bekroop mij. De eerste echo verwachtte ik niets te zien, want immers; drie keer geluk, dat kan haast niet. Maar jawel! Zes weken en een paar dagen, en een goed kloppend hartje! De termijnecho rond 11 weken gaf helaas aan dat het baby’tje even daarvoor gestopt was. Zie je wel… Alles wat volgt om een miskraam op te wekken zal ik even weglaten. In ieder geval: ik was niet meer zwanger.
September 2018. Een nieuwe positieve test, want ja, die wens was er nou eenmaal, een kindje erbij, een toetje, ons hart staat er voor open!
Iedere controle. Nee, maar echt iedere controle, dacht ik dat de baby dood zou zijn. “Je bent gek. Het zit tussen je oren. Het komt door de miskraam. Laat het los. Probeer te genieten”. Al die opmerkingen hebben geholpen, ik ben me toch een partij gaan genieten, en ook het loslaten lukte ineens! Nee natuurlijk niet. Iets bleef knagen….
Alles was goed, tot de 20-weken echo
In Nederland mag je tot de 24e zwangerschapsweek een zwangerschap afbreken. Dit kan om economische of sociale redenen zijn, als de zwangerschap bijvoorbeeld ongewenst is of wanneer de financiële middelen er niet zijn. Daarnaast kan abortus medisch noodzakelijk zijn wanneer de gezondheid van de moeder gevaar loopt of er kan abortus worden overwogen wanneer er een ernstige afwijking wordt gevonden bij het kindje. Jaarlijks worden in Nederland ruim 30.000 zwangerschappen afgebroken, bij 4,6% van de gevallen is er een relatie tussen het afbreken van de zwangerschap en prenatale diagnostiek. De 4,6% waar ik meer over kan vertellen.
Tijdens mijn tweede zwangerschap vond ik het altijd maar een pijnlijke vraag, “eerste kindje?” Het antwoord vond ik vaak nog veel pijnlijker, tweede zwangerschap, eerste kindje. Zo werkt dat nou eenmaal, wanneer je weer op intake mag bij de verloskundig, zodra je de kraamzorg gaat regelen en vaak wanneer er zomaar naar gevraagd wordt. Soms vertelde ik dat ik al eens eerder zwanger was en met 23 weken bevallen ben en andere keren kwam ik ermee weg door alleen te zeggen dat dit ons eerste kindje was. Direct nadat de woorden mijn mond dan hadden verlaten fluisterde het stemmetje in mijn hoofd dat ik hem echt niet vergeten ben, Vik, ons eerste kindje.
Magische zwangerschap
Ook wij zaten middenin een magische zwangerschap en waarom zouden we ook niet, helemaal in de wolken waren we. De kans dat er iets mis zou gaan was echt heel klein, toch? We zijn allebei gezond, ik sportte veel, at gezond, in onze familie kwam niets geks voor en de verhalen dat er iets mis gaat tijdens de zwangerschap hoor je bijna nooit en al helemaal niet bij iemand die je kent. Het was een ver-van-mijn-bed-show dus wij gingen elke keer weer naar de controles om gewoon even te kijken naar ons kindje. Bloeddrukje meten en dat soort dingen, ik voelde me op de gebruikelijke dingen na fantastisch, zwanger zijn vond ik fantastisch.
Tot de 20-wekenecho zag alles er ook heel goed uit, dat is wat de verloskundige altijd zei tijdens de controles, de combinatietest was ook goed en we maakten ons nergens zorgen om.
Mijn vriend zat op dat moment voor werk drie maanden in het buitenland dus ik ging even met mijn moeder naar de 20-wekenecho om te kijken of het een jongen of een meisje was.
Wat een slechte film
Tranen rolden over mijn wangen, mijn hart bonkte in mijn keel en het zweet stond op mijn rug toen ze me vertelde dat ons kindje een hartafwijking had. Dit gebeurt alleen bij mensen die je niet kent, in films. Alles zag er toch goed uit? Tot vandaag. We moesten voor verder onderzoek naar het ziekenhuis in Maastricht.
Mijn vriend en ik hadden na lang twijfelen besloten dat hij niet naar huis zou komen, ze kunnen tegenwoordig zo ontzettend veel dachten we, dat komt dan na de bevalling. Ons kindje zal misschien geopereerd moeten worden, een loodzware weg waar we zeker niet te licht over dachten maar we hebben er altijd heel positief ingestaan. Zolang het in mijn buik zat was het goed. Dus hij bleef om zijn missie af te maken en mijn moeder ging met mij mee naar het ziekenhuis. Zenuwslopend was deze periode. Elke keer gingen we met goede moed naar het ziekenhuis en kwamen we met een enorme teleurstelling thuis. De film werd alleen maar slechter, het zag er echt niet goed uit. Ik trok het niet meer in mijn eentje thuis en mijn vriend kwam daarom toch eerder naar huis van zijn missie, we moesten dit samen doen.
24 weken grens
Ik had nog voordat mijn vriend thuis kwam een vruchtwaterpunctie gehad, één op de vijf kindjes met de hartafwijking die ons kindje had, had daarnaast ook een genetische afwijking. Omdat ik langzaam richting de 24 weken ging was onze bedenktijd om de zwangerschap af te breken ook al ingegaan.
Zodra je de beslissing maakt om je zwangerschap af te breken krijg je vijf dagen bedenktijd. Onze beslissing was afhankelijk van de uitslag van de vruchtwaterpunctie. Als uit de punctie zou blijken dat ons kindje ook de genetische afwijking had zouden we de zwangerschap afbreken omdat de toekomst er gewoon echt slecht uit zou zien, opereren was dan waarschijnlijk ook geen optie meer.
Ik was toen bijna 23 weken zwanger en zou omwille van de tijd de uitslag telefonisch krijgen, dat vond ik geen probleem, we gingen er immers tot het laatste moment vanuit dat dit goed zou zitten. Tot de telefoon ging… Drie dagen later ben ik bevallen van ons eerste kindje, Vik Sijmen.
Maar je bent niet alleen
Het krijgen van (gezonde) kinderen is ineens niet meer vanzelfsprekend terwijl het dat voorheen wel altijd is geweest, in mijn ogen dan. Heel naïef maar ik ben er gewoon nooit vanuit gegaan dat er iets mis zou gaan. Tot het laatste moment hebben we alles vanaf de zonnige kant proberen te bekijken, totdat er helemaal geen zonnige kant meer was en zelfs toen deden we het samen. Het is denk ik door de romantische verwachtingen van het krijgen van kinderen dat het lijkt alsof er een taboe heerst op het delen van verdriet. Dat is ook helemaal niet erg, want ook het hebben en delen van verdriet doet iedereen op zijn eigen manier. Maar het maakt het wel dat het lijkt of je een uitzondering bent, een totaal verkeerd beeld.
Zodra je zelf in zo’n situatie zit hoor je onwijs veel verhalen om je heen van ouders die een kindje moeten missen, het is het spannendste en meest bijzondere wat ik ooit gedaan heb, moeder worden! Zeker de tweede keer vond ik zwanger zijn rete spannend. Er moet ook maar een boel goed gaan in die negen maanden en zelfs dan heb je nog geen garanties. Doodeng eigenlijk hè, al die extra zorgen.
Ons eerste kindje ja
Want dat is wel wat hij is, hij maakte me voor het eerst moeder. Mijn hart werd een beetje groter en het liefst vertel ik met trots tegen iedereen dat hij er is, of was, nee is. Want voor mij zal Vik er altijd zijn. Seth zal dus altijd mijn tweede kindje zijn maar is bevoorrecht dat hij liefde krijgt voor twee, knuffels krijgt voor twee, kusjes krijgt voor twee en mag leven voor twee!