Bevallingsverhaal: “Meid jij bent gemaakt om te baren”

Als zwangere vrouw probeer je meestal zoveel mogelijk informatie te krijgen over baby’s, zwangerschap en bevalling (ik tenminste wel). Je leest veel ellende en dingen die mis kunnen gaan. Toch gaan de meeste zwangerschappen en bevallingen wél goed, en daarom deel ik mijn verhaal. Een positief bevallingsverhaal! 

Het is vrijdagavond 25 mei. 2 dagen na mijn uitgerekende datum. Rick en ik gaan nog gezellig uit eten samen. Het is mooi weer, we zitten buiten, en ik vind het allemaal nog wel prima met m’n dikke buik. Op de fiets naar de stad gaan ging me iets te ver, want ‘stel dat..’.

We gaan pas tegen 23:30 naar bed, en ik zeg nog tegen Rick: “Nou, ik denk niet dat het vannacht gaat gebeuren, ik voel nog helemaal niks!”

Amper 2 uur later, om 01:45, breken mijn vliezen! Dus toch..

Ik voelde me nerveus, maar op een goede manier. Al die tijd had ik niet echt op gezien tegen de bevalling. Natuurlijk vond ik het aan het einde best wel spannend worden, maar ik had vertrouwen in mijn lijf. De nuchterheid zelve als ik ben, dacht ik; ‘ach, als iedere moeder ter wereld het kan, dan zal het mij ook wel lukken’.

Ik had een Molazwangerschap…

Het begon allemaal ruim 10 jaar geleden.

Ik was 18 jaar en werd verliefd op de liefde van mijn leven.

We hadden het wel eens over kinderen en hadden zelfs al een naam voor als het een jongetje zou worden.

5 jaar later bleek ik door de anticonceptie heen zwanger te zijn geworden. Terwijl ik nog van de schrik aan het bekomen was rende mijn man rondjes door het huis van blijdschap.

Het idee van vader worden maakte hem enthousiast.

Die zelfde avond kreeg ik last van bloedverlies.

Het resulteerde helaas in een miskraam.

1 week later ben ik gecuretteerd, omdat het vruchtje er niet uit zichzelf af kwam.

Nadat we hier van bekomen waren en een maand later samen besloten er toch voor te gaan raakte ik meteen weer zwanger.

9 maanden later op 23 oktober 2014 werd onze eerste wonder Sepp geboren.

3 september 2016 zijn we getrouwd. Na een fijne huwelijksreis op Ibiza besloten we dat het tijd was om te proberen een broertje of zusje voor Sepp te krijgen.

Meteen raakte ik weer zwanger. De eerste echo zag er goed uit. Een kloppend hartje en een beweeglijk babytje.

2 weken later bij de volgende echo, ik zou 9 weken zijn, bleek dat ‘ons kindje’ was overleden in mijn buik. Wat een klap. Ik dacht nog een miskraam kan gebeuren maar de teller staat op 2.

Ik kreeg medicatie om ervoor te zorgen dat het kindje uit zichzelf uit mijn buik ging, maar helaas was mijn baarmoeder niet volledig schoon en resulteerde dit in wederom een curretage.

Vol goede moed gingen we door en bleven de hoop erin houden.

2 maanden later was ik opnieuw zwanger.

3x is scheepsrecht ging er wel eens door ons hoofd. zou het nu dan toch lukken?

Het was februari 2017 toen ik er achter kwam zwanger te zijn. De 4e zwangerschap.

Altijd raar om te vermelden of te moeten zeggen als je nog maar 1 kindje hebt.

Omdat we de afgelopen tijd vaker in het ziekenhuis waren hadden we inmiddels onze eigen gynaecoloog.

De eerste echo was wederom goed, de tweede ook.

Het vertrouwen kwam langzaamaan terug maar toch bleef ik een onverklaarbaar gevoel houden. Ik wilde continu bevestiging, kocht extra echo’s bij, steeds maar weer om te kijken of mijn gevoel er niet naast zat.

Mijn man werd doodmoe van mij en mijn vriendinnen verklaarde me voor gek.

geniet nou eens van je zwangerschap, werd me dan verteld.

Toch zei iets in mij dat er iets niet klopte. Ik was extreem vermoeid, mijn buik groeide ontzettend hard en ik had een gejaagd gevoel.

Toen ik een week nadat ik een echo had gekocht wederom naar de verloskundige belde voor een echo ( ik was toen inmiddels 12 weken) mocht ik de dag erna komen..

Mijn man was toevallig vrij en Sepp ging mee om zijn broertje of zusje te bewonderen.

We kwamen binnen bij de verloskundige die rustig het echo apparaat op mijn buik zette en naar het scherm bleef staren.

Ze staarde lang, heel lang. En uiteindelijk kwamen de woorden uit haar mond die je niet wil horen.

Ik heb geen goed nieuws voor jullie, jullie kindje is niet gezond. Wij konden nu ook duidelijk zien dat het hartje veel te groot was. Bijna heel de buikholte was gevuld met een hartje.

Wat ze voor de rest heeft gezegd op dat moment weet ik niet meer. Ik hoorde niks meer. Ik kon alleen maar huilen en mezelf afvragen waarom het weer gebeurde en het ons niet gegund leek.

Die dag bleven we in het ziekenhuis voor onderzoeken en afspraken. In hoeverre was ons kindje niet gezond? Wat mankeerde het precies? En welke keuzes gingen we hierin maken? Iets waar je niet over na wil denken. Aan het eind van de middag kreeg ik opnieuw een echo op eigen verzoek. Ik hoopte zo dat ze er naast zaten.

op de echo was een beeld te zien van een kindje zonder hartslag.

De keuze was voor ons gemaakt.

26 april 2017 werd ik voor de derde keer gecuretteerd en het kindje opgestuurd voor nader onderzoek.

1 week later kregen we de uitslag.

Ik bleek een mola zwangerschap te hebben gehad wat heel sporadisch voorkomt.

Ons kindje was bevrucht door 2 zaadcellen, waardoor de chromosomen niet klopte en het nooit een kans op leven had gehad. Dit is niet eerder geconstateerd, doordat het over het algemeen wordt ontdekt omdat het lijkt op een soort van trosje druiven in de baarmoeder. Bij ons is er dus een kindje uitgegroeid, wat het ook weer meer zeldzaam maakt..

Hierna moest ik 10 weken lang iedere week bloed prikken in het ziekenhuis om mij en de HCG waarde in de gaten te houden.

Het blijkt dat achtergebleven mola zwangerschap cellen zich kunnen uiten in kwaadaardige cellen. Om dit dus te blijven controleren controleerde ze iedere week mijn HCG waardes en moesten ze dit blijven controleren tot ik 3 weken achtereen op een HCG waarde van 0 zat. Ik mocht ook zeer zeker niet zwanger worden in deze periode, in ieder geval niet tot mijn HCG waardes stabiel op 0 zaten, omdat de kans groot was dat het dan weer een mola zwangerschap zou worden.

Hierna wist ik niet of we ooit nog papa en mama zouden worden van een gezond kindje. Onze relatie stond onder druk, we gingen er beide anders mee om en ik was het vertrouwen in mijn eigen lichaam kwijt.

Na een paar weken een stabiele HGC waarde op 0 te hebben bleek ik opnieuw zwanger te zijn. De 5e zwangerschap.

Tot de 20 weken heb ik nog angst gehad. Zou het nu goed zijn? Blijft dit babytje nu in mij zitten en is het gezond?

Ik werd wekelijks tot de 12 weken in de gaten gehouden, maar alles bleek goed en gezond te zijn.

Na een hele snelle bevalling werd onze tweede zoon Morris geboren op 26 april 2018.

Ik krijg er nog steeds de kriebels van. Op de dag af 1 jaar na mijn laatste curretage.

Ook al hebben we nu 2 gezonde jongens.

De andere 3 hebben voor altijd een speciaal plekje.

Maddy

Bevallingsverhaal: “Ik moet acuut gaan liggen wanneer mijn vliezen breken, want Ivy is niet ingedaald”

De nacht van donderdag op vrijdag verlaat ik om 03.00 mijn bed. Ik lig al een uur te draaien en te woelen en wil mijn man niet onnodig wakker maken. Waggelend loop ik de trap af om een kopje thee te zetten en ik installeer me op de bank. Met buikpijn. Zou dit het zijn? Ik ben inmiddels 3 dagen over tijd en er goed klaar mee. Mijn zwangerschap is perfect verlopen, maar mijn buik is groot, heel groot en zwaar en mijn ongeboren meisje is nog steeds niet ingedaald. Om die reden heb ik op verzoek van mijn verloskundige vorige week een bezoek gebracht aan de gynaecoloog, om even te checken of er een speciale reden is dat ze nog niet is ingedaald.

Mijn bekken lijkt wat smaller dan gemiddeld en haar hoofdje iets groter dan gemiddeld, dat zou het indalen kunnen bemoeilijken, maar hoeft niet persé een obstakel te zijn voor de bevalling. Weeën kunnen de indaling alsnog faciliteren.

Die nacht slaap ik niet, mijn buik doet pijn maar ik kan geen weeënstructuur ontdekken dus laat ik mijn man nog maar even rustig slapen. Als hij om 07.00 ‘s ochtends naar beneden komt omdat hij me naast zich mist, is de buikpijn toegenomen. Ik besluit om toch maar weer even in bed te gaan liggen, daar lig ik comfortabeler. Een half uurtje later hoor ik letterlijk iets knappen en er gutst water langs mijn benen. Dit is het, dit zijn gebroken vliezen, dat kan niet missen! Al weken probeer ik me voor te stellen hoe het is om vliezen te breken. Zou ik het herkennen? Ik ben er ietwat obsessief mee bezig omdat me met klem op het hart is gedrukt dat ik acuut moet gaan liggen wanneer mijn vliezen breken. Aangezien de baby nog niet is ingedaald kan dat namelijk gevaarlijke gevolgen voor haar hebben. De navelstreng kan klem komen te zitten omdat ze door het gebrek aan water te snel kan zakken. 

Ik gil naar beneden. M! Bel de verloskundige en breng wat handdoeken. Gespannen lig ik in bed, ik durf me niet te bewegen, ik wil ons meisje niet in gevaar brengen.

Na een uur(!) staat de verloskundige op de stoep. Ik lig te trillen op een doorweekt bed als ze voelt dat ons dochtertje inmiddels toch is ingedaald. Nog wat angstig sta ik op. Ik moet er op vertrouwen dat ik door te gaan staan mijn kleine meisje niet in gevaar breng. Met hevige buikpijn begeef ik me richting de douche om me schoon te spoelen. De verloskundige vertrekt weer met de boodschap haar weer te bellen als ik om de 3 minuten weeën heb.

De buikpijn neemt verder toe, ik begin een patroon te ontdekken. Om de 10 minuten, om de 7 minuten, maar nog niet om de 3 minuten. ‘s Middags word ik gebeld. De verloskundige wil toch graag even dat ik naar het ziekenhuis ga voor een CTG. Ze willen haar hartje checken. Daar ben ik stiekem erg blij mee. Een uur lang lig in aan de CTG. Alles is in orde. Met serieuze weeën, maar nog niet om de 3 minuten, word ik weer naar huis gestuurd. Op de terugweg rijden we langs een feestlocatie. Ik ben zangeres, mijn man is gitarist en maanden geleden hadden we samen besloten dat hij een optreden voor vanavond aan zou nemen. Het zou immers ook goed kunnen dat ik weken eerder of later dan de uitgerekende datum zou bevallen. We hadden duidelijk geen benul wat voor impact die deze weken op ons zouden hebben. Ik blijf in de auto zitten, met weeën. Hij bouwt de geluidsinstallatie op voor de invalgitarist. Gelukkig waren we wel zo slim geweest iemand standby te zetten. 

24 Uur gaan voorbij. Ik mag maar maximaal 24 uur met gebroken vliezen rondlopen, daarna neemt de kans op infectie bij mijn dochtertje te veel toe en moet ik naar het ziekenhuis. Op de parkeerplaats komen we een bekende tegen, maar ik ben een kermende zombie en er kan even geen vriendelijke begroeting vanaf. Wanneer er geconstateerd wordt dat ik nog steeds op 1 cm zit en in de douche van het ziekenhuis bijna onderuit ga besluit ik samen met mijn man voor een ruggenprik te gaan. Daar is iedereen het snel over eens en niet heel veel later word ik naar beneden gereden. De anesthesist blijkt ons via via ook te kennen en de verpleegkundige heeft ons weleens zien optreden. TOP denk ik, zet die prik nou maar.  Dat gebeurt en een vlaag van verlichting valt over mee heen. Wanneer de verpleegkundige met een waterijsje aan komt lopen kan ik haar wel zoenen. Ik heb de hele dag nog niets gegeten want alles maakt me misselijk en ik het al verschillende keren over moeten geven. Maar dit waterijsje, YES daar heb ik zo veel zin in.

De ruggenprik haalt gelukkig direct de scherpe kantjes van de pijn weg. Omdat mijn ontsluiting niet op schiet en ons dochtertje al te lang droog ligt wordt besloten wee opwekkers toe te dienen om de ontsluiting sneller op gang te brengen. Hierdoor worden de weeën echter een stuk heftiger. De vloeistof van de ruggenprik blijkt langzaam naar één kant in mijn lichaam te zijn gezakt waardoor ik de weeën in mijn andere been weer voel, heel erg goed voel. Daarnaast komt mijn lichaam in een hyperstand en ik begin heel erg te shaken. De ontsluiting schiet hierdoor gelukkig wel op, binnen een half uur van 1 naar 4 cm en een uur later zit ik op 7. Wanneer ik de 10 cm bereik is er een dienstwisseling en met een onbekende verloskundige en verpleegkundige mag ik beginnen met persen. Anderhalf uur pers ik, maar met een half verlamd been is het lastig zoeken. Na een spoedoverlegje wordt om 19.17 na een knip en met behulp van een vacuümpomp ons wondertje Ivy geboren. Een flinke meid van 4085 gram en 52 cm.

Wanneer ze haar op mijn borst leggen huil ik van blijdschap, liefde, maar ook van vermoeidheid en opluchting. Mijn man heb ik nog nooit zo verliefd zien kijken. De tijd lijkt stil te staan. Dit moment willen we we voor altijd vasthouden. Wat zijn we ontroerd en geraakt. Wat was het een bevalling…

 ROMY

Bevallingsverhaal: “Ik bleek een bloedstollingsafwijking te hebben, dat we Jolie hadden kunnen verliezen, hakte erin”

“Hoe dichter ik bij de bevalling van mijn tweede kindje kom, hoe meer ik weer bezig ben met mijn eerste bevalling. 

Thuis of in het ziekenhuis… Toen ik net zwanger was had nog geen idee. Maar hoe dichter ik bij de uitgerekende datum kwam, hoe duidelijker ik wist wat ik wilde. Ik wilde dicht bij mijn gevoel blijven, dicht bij mezelf. Alles zo natuurlijk mogelijk. Ik vertrouwde op mijn lichaam. Ik wilde thuis bevalllen, zonder poespas. Geen dokters aan mijn bed, geen pijnbestrijding. Mijn eigen bed, mijn eigen douche, mijn eigen vertrouwde omgeving. Op eigen kracht en intuïtie. Mijn man mocht erbij zijn, en oké, ook de verloskundige. Verder wilde ik ook dat niemand wist dat ik aan het bevallen was. De geboorte van onze dochter zou een complete verrassing zijn voor de rest van de wereld! 

Het liep totaal anders. Ik was 41 weken zwanger en er was nog geen baby. Het idee van inleiden stond me enorm tegen, dat leek me zo synthetisch. Ik wilde graag zolang mogelijk wachten, totdat het vanzelf op gang zou komen. Ik droeg haar nu al zo lang bij me, een weekje extra kon er ook nog wel bij.

De verloskundige stond erachter, de gynaecoloog in het ziekenhuis was minder enthousiast. In Rotterdam is het gebruikelijk om bij 41 weken in te gaan leiden en daar wordt dan ook op aangestuurd. Ik was erop voorbereid, maar toch ging de zin ‘kans op acute babysterfte’ door merg en been. Ik vroeg de gynaecoloog of het onverantwoordelijk was om te wachten tot 42 weken. Ze vond in mijn geval van niet. Ik had vanaf 41 weken dagelijks controle gehad. De baby deed het goed en was lekker bewegelijk. So far so good. Mijn lijf maakte echter nog geen aanstalten om te gaan bevallen. Zelfs strippen lukte niet, beneden zat alles nog potdicht.

Ik heb tot de ochtend dat ik zou worden opgenomen in het ziekenhuis om ingeleid te worden vurig gehoopt dat het vanzelf zou beginnen. Maar niets. Zondagochtend vroeg, ik was toen precies 42 weken zwanger, meldden we ons in het ziekenhuis. We hadden de knop omgezet en besloten er positief in te gaan. Ik wilde zo graag ‘stiekem’ bevallen, maar omdat ik zover overtijd was, wist iedereen dat ik dat weekend ingeleid zou worden. Ik postte zelfs een foto vanuit het ziekenhuis op Instagram! Het zou wel eens een paar dagen kunnen gaan duren hadden ze gezegd, dus we hadden tassen vol eten, drinken en vermaak mee. De camera voor foto’s en video’s. Een soort weekendje weg naar het ziekenhuis, waarvan we terug zouden komen met onze baby. Wat een avontuur! 

Ik moest aan de CTG, vervolgens kreeg ik pillen ingebracht die voor ontsluiting moesten gaan zorgen. Ik sliep nog een uurtje en moest toen weer aan de CTG. En toen ging het opeens snel.

Ik zat vrolijk rechtop in bed te kletsen toen de arts en verpleegkundige enigszins gespannen binnen liepen. Het ging niet goed met de baby. De hartslag daalde bij iedere wee (welke weeën? ik had nog amper wat gevoeld…). Ik moest een spoedkeizersnede. ‘Ok! Wanneer?’ Ik dacht dat ik ergens die middag zou worden ingepland. ‘Nu.’ zei de arts. ‘Het is geen code rood, maar je moet wel over een minuut of 10 op de operatietafel liggen.’

In plaats van in paniek te raken, kwam er een bepaalde rust over me. Ik zei tegen mijn man dat hij snel iets moest eten en onze ouders in moest lichten. Ik kreeg weeënremmers en een katheter en vervolgens werd ik bijna rennend door de gang naar de OK gereden. Ik lachte vriendelijk naar iedereen die ons passeerde. Nog even en ik zou mijn baby op mijn borst hebben liggen! Ik was angstig voor de ruggenprik, dus dat zei ik ook maar eerlijk. Maar ook daar lukte het me om rustig te blijven. Al het gevoel uit mijn onderlichaam trok weg, terwijl er een arts rustig tegen me bleef praten zodat ik niet in paniek zou raken.

‘Daar komt de baby, kijk maar even!’ Ik zie mijn man volschieten en hoor een baby huilen. Ik word direct overspoeld door liefde. Daar was ze eindelijk! Jolie! De tranen stromen over mijn wangen. Ze wordt direct meegenomen voor onderzoek. Mijn man twijfelt, hij wil mij niet achterlaten op die tafel, maar natuurlijk moet hij met haar mee! 

Ze doet het goed, onze dochter. Ze heeft ondanks de foetale nood geen zuurstoftekort gehad. Wel blijkt ze dysmatuur te zijn, te klein voor de zwangerschapsduur. Ze was te zwak voor de bevalling. Hoe het komt is niet met zekerheid te zeggen. Mijn navelstreng was aan de dunne kant, mijn placenta waarschijnlijk niet goed aangelegd. De hele zwangerschap was ze aan de kleine kant geweest, maar het was nooit zorgelijk. Alle echo’s en controles waren goed. En toch kreeg ze niet genoeg voeding (meer) in mijn buik. Gelukkig kwam na haar geboorte de borstvoeding goed op gang en haalde ze haar achterstand ruimschoots in. Na 5 dagen zat ze alweer op haar geboortegewicht!

Het heeft een paar dagen geduurd totdat de klap bij mij binnenkwam. We hebben zoveel geluk gehad. Of ik nou thuis of in het ziekenhuis had willen bevallen, je belt pas als de weeën om de 5 minuten komen. Vooral de kraamhulp was hier vrij duidelijk over: voor Jolie had het dan mogelijk al te laat geweest. Had ik nog een paar dagen doorgelopen, dan had ze wellicht gestorven in mijn buik. Na haar heb ik 4 miskramen gehad en is er een bloedstollingsafwijking bij mij gevonden. Een afwijking die de oorzaak kan zijn van afwijkingen aan de placenta. Als je daar over nadenkt, hebben we sowieso geluk gehad dat ze de 42 weken heeft gehaald. 

Nu ik weer zwanger ben, word ik extra goed in de gaten gehouden. Vanaf 28 weken krijg ik extra groeiecho’s. Ik weet uit ervaring dat dat niet alles zegt, maar ik heb er wel vertrouwen in dat het dit keer goed komt. Ik slik de hele zwangerschap medicatie voor mijn bloedstollingsafwijking en deze baby is tot nu toe groter dan gemiddeld. Mijn moeder grapte al: ‘Omdat zij wel goed te eten krijgt!’

Ik heb het de eerste maanden na mijn bevalling moeilijk gehad. Het feit dat we haar hadden kunnen verliezen, hakte erin. Jolie is nog steeds een klein en tenger poppetje, maar ze groeit goed op haar eigen lijntje. Inmiddels heb ik het een plekje gegeven. Ze is er en ze is gezond. En iedere dag besef ik weer hoe dankbaar ik daarvoor ben!”

 

 

LINDA 

Bevallingsverhaal: een knip en een pomp en daar was onze zoon

“”

Maandenlang keek ik uit naar het moment dat ik ontspannen thuis zat en de weeën van het ene op het andere moment zouden beginnen of mijn vliezen spontaan zouden breken, of ik hield me bezig met opletten tijdens het plassen: zou ik de slijmprop al verliezen? Ik droomde van een thuisbevalling en had deze al zo goed als het kon uitgedacht in mijn bevalplan. De thuisbevalling zonder poespas, pijnstilling en alles doen op eigen kracht kon ik vergeten. Onze baby gaf een heel duidelijk signaal af: je kunt zolang wachten als je zelf wilt, maar ik kom niet vanzelf.

Met behulp van een ballonkatheter werd mijn baarmoedermond rijp gemaakt. De volgende dag mocht ik mij om 07:00ur in het centrum voor geboortezorg melden om ingeleid te worden. Wat vond ik dit spannend… gisteren wist ik gewoon al dat mijn baby vandaag geboren zou worden. Dat was een gek idee, maar na 41 weken en 4 dagen zwangerschap was ik er toch echt al wel klaar voor om eindelijk onze zoon of dochter te mogen ontmoeten.

Daar lag ik dan ineens in het ziekenhuis met alle bijbehorende poespas. Om 08:00 werd de eerste controle uitgevoerd. Het ballonnetje werd verwijderd, vliezen werden gebroken en ik kreeg oxytocine om de weeën op te wekken. Daarna ging alles heel snel, te snel. Ik kreeg een weeënstorm. De weeën kwamen zo snel en zo heftig dat ik deze niet kon opvangen. Daar lag ik dan: miss anti ruggenprik die halverwege de dag vroeg om een ruggenprik. Ik voelde me schuldig, alsof ik faalde, maar wat was ik er uiteindelijk blij mee. Wat een verademing, ik kon weer lachen, praten en zelfs proberen om mijn ogen even dicht te doen. Tussen de weeën door lag ik te trillen en te klappertanden in bed. Niet omdat ik het koud had, maar, zo verklaarde de verpleegkundige, vanwege de weinige energie (dankzij niet kunnen slapen van de zenuwen en de energie zuigende weeën), en door de adrenaline.

De ontsluiting verliep voorspoedig, elke controle was positief, de verloskundige verwachtte zelfs dat we voor het avondeten weer thuis zouden zijn. Dit was positief en hoopgevend, maar zij kon ook niet voorspellen dat ze hier compleet naast zou zitten. Om 16:30 kregen we te horen dat ik volledige ontsluiting had. Starten met persen werd echter afgeraden: de baby lag te hoog. De persdrang was ook totaal niet aanwezig, de persweeën daarentegen wel. Dat betekende afwachten en ondertussen weeën wegpuffen. De hartslag van de baby bleef uitstekend het was nu letterlijk afwachten tot het echte werk zou beginnen. Om 20:15 begon ik een beetje druk te voelen en kon ik me niet meer inhouden, de baby moest eruit. Daar staan dan ineens drie man sterk om je heen te roepen dat je tijdens je wee drie keer moet in- en uitademen en vooral zo lang mogelijk moet persen. Ademhalen was nog nooit zo moeilijk, hoe doen andere vrouwen dit? Zachtjes hoorde ik mijn vriend me aanmoedigen.

Na driekwartier vond er overleg plaats met de gynaecoloog. Het duurde allemaal best wel lang en er zat weinig schot in. De verpleegkundige bereidde ons voor op een mogelijke keizersnede. Ik kon alleen maar denken: “prima, als ik hier maar vanaf ben, ik kan niet meer, de energie is op”, en “hadden jullie dit niet wat eerder kunnen bedenken?”.

We kregen tot 21:30uur de tijd, dan zou de gynaecoloog komen kijken hoe het er voor stond en zou er een beslissing gemaakt worden: of een keizersnede of een vacuümpomp. Aangemoedigd door de verloskundige, verpleegkundige, verloskundige in opleiding en mijn vriend bleef ik ondertussen doorgaan. Ik gebruikte alle kracht die ik in mij had en verbaasde mezelf met een soort oerkracht. Om 21:30 ging alles in rap tempo. De gynaecoloog was positief verbaasd en kon ons vertellen dat de vacuümpomp voldoende zou zijn. Ik werd ingeknipt en de pomp werd op het hoofdje van de baby bevestigd. Ik moest nog twee weeën benutten en toen schoot de baby in de armen van de gynaecoloog. Een jongetje, een compleet, gezond mooi jongetje. Wat een verrassing! Onze zoon is op 1 november 2018 om 21:42 geboren. Twee minuten later had de gynaecoloog de volledige placenta al in haar handen. Vol verbazing keek ik naar die onsmakelijke zak in haar handen en vroeg: “is dat al de placenta?”. Ik geloofde het niet, omdat ik wist dat dit meestal wel een poosje duurde en vrouwen daar ook nog wat moeite voor moeten doen. Het was toch echt daadwerkelijk de volledige placenta al. Ik kon achterover leunen, mijn kind knuffelen, huilen van geluk en ontlading. Ondertussen werd de boel van onderen dicht gestikt en besefte ik me dat ik nu echt mama ben, wat een prachtige, maar verantwoordelijke titel!

Tevreden, moe, gelukkig en emotioneel kon ik om 02:00 uur eindelijk mijn ogen dicht doen en deelde ik voor het eerst in mijn leven een kamer met mijn complete gezinnetje.

YENTL

Door de komst van Ella werd ik ook gelukkig op werkgebied

Het was de dag van mijn 31e verjaardag dat ik positief testte. Mijn vriend kwam thuis en keek mij wat onwerkelijk aan. Huh, betekent dit dat we nu al…..Jup, dat betekent het inderdaad. We waren net twee maanden bezig en ik was al zwanger, een enorme luxe maar ook heel onwerkelijk.

Op het moment dat ik zwanger werd, werkte ik al 5 jaar bij hetzelfde bedrijf als bouwkundig adviseur. Een stressvolle baan, waar ik eigenlijk nooit met plezier naartoe ging. We waren net voordat ik zwanger werd 5 weken op vakantie geweest. Een lange reis door Amerika, en dat was niet zonder reden. Ik moest er even uit, even loskomen van mijn werk en alle stress die ik daardoor voelde.

Ik vertelde zo’n beetje gelijk op mijn werk dat ik zwanger was. Mijn baas feliciteerde mij en we gingen over tot de orde van de dag. Ik werkte ondanks wat kleine zwangerschapskwaaltjes gewoon door tijdens mijn zwangerschap. Ik was wel ontzettend moe. Al jaren liep ik op mijn werk op mijn tandvlees en dus keek ik erg uit naar mijn verlof.

Mijn zwangerschap verliep zonder problemen.

Het onwerkelijke gevoel, van dat kindje dat in mij groeide, dat bleef. Waar je meestal hoort en leest van andere aanstaande moeders dat ze gelijk al een enorme band voelen met hun ongeboren kindje en genieten van elk trapje, ervaarde ik mijn zwangerschap helemaal niet zo. Ik vond het alleen maar heel onwerkelijk dat er een klein mensje in mij groeide. Onze dochter was bovendien een drukke buikbaby die mijn ribben regelmatig hard wist te raken. Auw!

Ik maakte mezelf daar niet echt druk over en dacht dat mijn gevoel wel zou veranderen als ik eenmaal zou zijn bevallen, maar dat gebeurde niet. Na een zwangerschap van bijna 42 weken en een bevalling van ruim 24 uur werd ze op mijn buik werd gelegd. Een flinke dame van 4400 gram, roze en mollig. Score 10!

Natuurlijk was ik blij, maar de opluchting overheerste. Ik weet nog goed dat ik alleen maar hardop bleef herhalen hoe blij ik was dat het erop zat. Nadat ik wat was bekomen, voorzien van hechtingen, had gedoucht en gegeten mochten we s ’middags al naar huis. Met dat nieuwe mensje, onze kerngezonde dochter, in de Maxi-Cosi.

De eerste uren sliep dochterlief vooral, compleet uitgeput van de beproeving. Die bevalling was voor mij niet leuk, maar voor een kind is het ook niet niks om je door zo’n nauw geboortekanaal te wurmen.  Ze sliep bij mij, bij papa, bij opa en oma. Ik was vooral nog bezig met het verwerken van wat mij zojuist allemaal was overkomen en gaf onze dochter zonder problemen af aan de opa’s en oma’s. Na een drukke dag was het tijd om te gaan slapen.

In die eerste nacht werden we pas echt ouders.

Onze dochter begon met huilen en stopte niet meer. Borst, luier, boertje, borst, luier, boertje. De hele nacht. We probeerde alles wat we wisten, niets hielp. Het machteloze gevoel, dat je dan hebt als ouders, is onbeschrijfelijk en totaal nieuw voor ons.

Na een nacht zonder slaap stond om 8.00 onze reddende engel op de stoep. De kraamverzorgster Rita, wat een topvrouw. Eerlijk gezegd had ik het zonder haar allemaal niet gered. Ik vertelde in tranen over onze nacht. Ze luisterde, observeerde en zag wat er scheelde. Ik had nauwelijks melk, mijn kind had honger. Ik geloof niet dat ik mezelf ooit schuldiger heb gevoeld.

Na een lekkere fles melk was mijn dochter weer net zo tevreden als hoe we haar uit het ziekenhuis hadden meegenomen. In haar kleine nestje lag ze naast mij in ons grote bed. Een klein neusje, prachtig rond toetje en mooie donkere haartjes. Op dat moment viel het kwartje, dit is mijn dochter. Wat is ze mooi en lief. Ze hoort bij mij en ik zal voor altijd haar mama zijn.

Dat was het moment dat de mama in mij werd geboren.

Ik had toen nog geen idee over wat zij allemaal voor mij zou gaan betekenen in dat eerste jaar.

Tijdens mijn verlof stortte ik mezelf vol overgave in het nog nieuwe moederschap. Dat was ook wel nodig want onze dochter had zoals wel meer baby’s enorm last van verborgen reflux en darmkrampjes. Slapen deed ze overdag weinig en als ze het wel deed, dan alleen op haar buik liggend bovenop mij. De rest van de tijd liep ik tussen de voedingen rond met een huilend baby-tje. Gelukkig sliep ze s ’nachts heel goed. Dat was onze redding.

Aan mijn werk dacht ik in die maanden nauwelijks, echt heerlijk!

Tot mijn verlof was afgelopen. Het onvermijdelijke was daar en ik moest weer terug naar mijn werk. Onze dochter zou twee dagen in de week naar het kinderdagverblijf gaan en een dag per week kwam oma oppassen. Voor de rest van mijn 36-uurige contract zette ik ouderschapsverlofuren in.

Na een kort afscheid op het kinderdagverblijf stapte ik met een knoop in mijn maag in de auto naar kantoor. Ik weet nog goed hoe ik die eerste ochtend het kantoor binnenliep alsof ik nooit was weggeweest. Alles was nog precies hetzelfde, helaas.

Mijn werksituatie was voor mijn zwangerschap al allesbehalve ideaal. Het werk dat ik deed vond ik helemaal niet leuk, maar dat was het ergste nog niet. Dat was de werksfeer.

Mijn baas.

Ik noem hem geen werkgever want het was echt een baas. Een man met twee gezichten. Naar de buitenwereld toe joviaal, een gangmaker en graag gezien persoon, voor mij en mijn collega’s was hij, en dan zeg ik het subtiel, nogal moeilijk. Het bedrijf waar ik werkte was klein. Vooral vlak voor ik wegging bestond het enkel nog uit hem, een secretaresse, twee zzp’ers en ik. Collega’s zag ik in die jaren komen en gaan.

Ik zat vaak dagenlang alleen op kantoor. Ik probeerde er tevergeefs alles aan te doen om mijn werk te perfectioneren, geen fouten te maken om zo een confrontatie met mijn baas te voorkomen. Dat lukte natuurlijk niet. Iedereen maakt fouten of vergeet wel eens een leesteken in een rapport van 15 pagina’s. Bijna wekelijks zat ik huilend tegenover hem aan zijn bureau, waar ik moest luisteren naar zijn kleinerende opmerkingen. Destijds voelde ik mezelf vooral slachtoffer en totaal machteloos, nu weet ik dat ik zelf ook een aandeel had. Ik liet het al die jaren allemaal gebeuren. 

Toch bleef ik

Ik zat vast in mijn eigen overtuiging dat ik niet weg kon gaan. Ik had een goed betaalde belangrijke baan, met een vast contract in crisistijd. Ik moest niet klagen. Ook zag ik ergens het beeld van een kartonnen doos onder een brug helder voor me, niet erg aantrekkelijk. Daarnaast voelde ik mezelf enorm verantwoordelijk voor mijn projecten en het succes van het bedrijf. Alsof het mijn eigen bedrijf was. 

Nu weet ik dat ik toen vooral bang was. Bang voor die kartonnen doos, bang voor verandering, bang dat ik een foute keuze zou maken. Niet zo vreemd, want ik had geen idee wat ik zelf eigenlijk wilde doen en waar ik goed in was.

Dus bleef ik, ook na mijn verlof.

Pas toen ik op een sombere dinsdagochtend huilend in de auto zat, op weg naar mijn werk, veranderde er iets.

Ik reed de oprit van de snelweg op en ineens dacht ik: als ik nu mijn auto in de vangrail parkeer, dan hoef ik in ieder geval niet naar mijn werk. Een ongeluk zou voelen als een opluchting. Belachelijk natuurlijk en gelukkig bleef die gedachte maar even. Ik realiseerde me dat dit echt nergens op sloeg. Ik ben meer dan de slaaf van mijn baas, ik ben meer dan die rotbaan. Ik ben moeder.

Dit was niet wat ik mijn dochter wilde meegeven.

Ik besefte mezelf ineens dat ik een rolmodel was geworden voor onze dochter. Ze zag een moeder thuiskomen die gefrustreerd, verdrietig en moe was. Dan geef je maar een boodschap: werken is stom en je wordt er moe en chagrijnig van. Totaal niet wat ik haar wilde meegeven.

Het moest klaar zijn. Ik moest veranderen. Als ik het niet voor mezelf kon doen, dan toch zeker wel voor haar! Na die ene dinsdagochtend besloot ik dat het anders moest, alleen hoe?

Het voelde heel eenzaam om zo te worstelen met mezelf. Aan de ene kant had ik geen idee wat ik wilde en nul vertrouwen in waar ik goed in was, aan de andere kant wist ik een ding wel: ik moest weg waar ik zat. Alleen zou dat mij echt niet lukken. Ik had hulp nodig en via een studiegenoot kwam ik in contact met een loopbaancoach. Ik maakt een concept e-mail en, liet die vervolgens twee weken in concept in mijn mailbox staan.

Pas na een korte vakantie met zijn tweeën naar New York, waar ik door alle stress totaal niet van had genoten, klikte ik de e-mail aan en drukte op verzenden.

Ik was zo opgelucht dat ik het eindelijk niet meer alleen hoefde te doen.

In een coachtraject van een half jaar, stop ik met die vreselijke baan, ontdek wie ik zelf ben en wat ik wil en zet een nieuwe stap in mijn loopbaan. Dat schrijf ik nu zo even op, alsof het mij geen enkele moeite meer kostte, maar dat is natuurlijk onzin. Het weggaan bij mijn oude baas was een zware emotionele strijd en natuurlijk twijfelde ik toen ik op het punt stond om te kiezen voor mijn opleiding tot coach. Gedachten als kan ik dat wel en zitten ze wel op mij te wachten spookte echt nog wel door mijn hoofd, maar ze hadden mij niet langer meer onder controle.

Ik voelde aan alles dat dit was wat ik wilde, dat ik daar op dat moment gelukkig van zou worden. Het was de beste keuze die ik ooit heb gemaakt. Het voelde alsof ik voor het eerst echt voor mezelf kon kiezen.  Nu werk ik alweer een paar jaar met plezier als zelfstandig coach en help ik andere moeders die op zoek zijn naar werkgeluk en meer balans in hun leven.

Werk dat mij ontzettend veel voldoening geeft en, bijkomend voordeel, zonder schreeuwende baas. Het voelt als een heel ander leven. Waarin ik er helemaal kan zijn als moeder en het werk kan doen waar ik gelukkig van word. Een leven waarin ik steeds weer opnieuw mag kiezen voor wat bij mij past.  Allemaal dankzij onze prachtige dochter Ella!

 

 

LINDSEY

 

Bevallingsverhaal: ik durfde het aan, een vaginale stuitbevalling

Ondanks dat mijn moeder alle drie haar kinderen in stuitligging heeft gekregen had ik hier nooit zo bij stil gestaan. Tot het moment dat ik zelf zwanger werd van mijn eerste kindje, een dochter.

Al vroeg in de zwangerschap bleek mijn dochter in stuit te liggen. De verloskundige gaf aan dat dit bij deze termijn nog vaak voorkomt en dat kinderen bijna altijd vanzelf nog draaien.

Toen ons kindje met 34 weken nog niet gedraaid was besloot ik moxa therapie een kans te geven. Dit is een vorm van acupunctuur waarbij een soort wierrookstaaf gemaakt van bijvoetskruid bewogen wordt boven je kleine teen. De baby zou hierdoor gestimuleerd worden om te bewegen en zo hopelijk te draaien naar hoofdligging. Onder het mom van baat het niet dan schaadt het niet begon ik hier vol goede moed aan. Deze behandeling is geheel pijnloos en is thuis zelf uit te voeren zonder risico´s.

Toen na alle volgende echo´s bleek dat ons meisje niet van plan was om te gaan draaien werden we met 36 weken zwangerschap doorverwezen naar het ziekenhuis voor een gesprek met de gynaecoloog over het uitvoeren van een uitwendige versie.

Met een uitwendige versie kan een kind dat in stuit ligt gekeerd worden tot een hoofdligging. Dit heeft voor zowel een keizersnede als voor een vaginale bevalling altijd de minste risico´s waardoor een draaipoging altijd wordt aangeraden bij een stuitligging. De kans op slagen is gemiddeld 65% en uit onderzoek blijkt een uitwendige versie geen verhoogd risico op complicaties te geven.

Na het aanhoren van deze tekst kon ik niet anders dan instemmen met deze uitwendige versie.

En hoewel dit voor iedereen anders zal zijn vond ik de draaipoging echt een verschrikking. Een gynaecoloog en een klinisch verloskundige probeerde de baby van buitenaf te draaien door deze uit mijn bekken te wippen en zo te draaien. Al vrij snel bleek mijn meisje hartstikke vast te zitten en gaf de gynaecoloog aan dat de uitwendige versie niet zou gaan lukken. Na een half uur aan het CTG om te kijken of de baby het allemaal nog goed deed mocht ik naar huis met een stapel folders over de keuzes die je hebt voor een bevalling van een kind in stuit. De kans dat mijn meisje nog zou draaien was nihil, aldus de verloskundige. .

Ondanks dat in mijn omgeving iedereen er vanuit ging dat ik een keizersnede zou kiezen heb ik deze optie geen moment in overweging genomen. Uiteraard zou ik instemmen met een keizersnede als de gynaecoloog dit nodig achtte, maar het liefst wilde ik vaginaal bevallen. Gelukkig is mijn ziekenhuis ook een voorstander van vaginale bevallingen, tenzij medisch noodzakelijk en stonden ze geheel achter mijn keuze. Wel moest ik aan enkele voorwaarden voldoen om vaginaal te mogen bevallen. Zo mocht de baby niet te groot zijn, moest het kindje met beide benen gestrekt naar boven liggen, mocht het kindje niet dwars in de buik liggen en bovenal moest ik er zelf vertrouwen in hebben. Gelukkig bleek ik na enkele echo´s en onderzoeken aan alle eisen te voldoen en mocht ik thuis afwachten tot de bevalling zich zou aandienen.

Helaas diende de bevalling zich niet aan waardoor ik de 40 weken zwangerschap aantikte en ik onder controle van het ziekenhuis kwam te staan. Omdat de ontsluiting bij een stuitbevalling voorspoedig moet verlopen wilde het ziekenhuis liever niet inleiden en werd ervoor gekozen om af te wachten. Met de controle met 41 weken bleek uit de CTG helaas dat we niet verder mochten afwachten omdat ons dochtertje het niet meer goed leek te hebben in de buik. Wel mocht ik nog steeds vaginaal bevallen en de afspraak voor de inleiding werd gemaakt voor de volgende dag.

Na een feestmaal bij mijn ouders thuis en een heerlijk nachtje slapen stonden we de volgende ochtend om 07.00 uur op de stoep bij het ziekenhuis. Er werd een ballonnetje in mijn baarmoeder gebracht en na 12 tot 24 uur zou deze er vanzelf uitvallen. Toen wij 2 uur later ons 10e potje yahtzee aan het doen waren in de kantine van het ziekenhuis, voelde ik opeens dat het ballonnetje eruit viel. Na controle bleek ik inderdaad de vereiste 3 cm ontsluiting te hebben maar helaas kon de rest van de inleiding pas de dag erna plaatsvinden en mocht ik ook niet naar huis waardoor er toch nog vele potjes yahtzee in het ziekenhuis volgde…

De volgende morgen werd om 08.00 het infuus met weeën opwekkers gestart en na een snelle bevalling met een flinke weeënstorm werd na 5 uur onze mooie dochter geboren. Ik kijk erg positief terug op de bevalling. De ontsluiting vorderde goed, de weeën waren heftig en volgde elkaar snel op, maar dankzij de verpleegster en mijn man kon ik me hier doorheen slaan. Ik vertrouwde volledig op mijn eigen lichaam en rekende erop dat wanneer er ook maar iets zou gebeuren wat nadelig zou kunnen zijn voor de baby de gynaecoloog zou ingrijpen. Het beleid van de dienstdoende gynacoloog was dat bij een stuitbevalling er preventief ingeknipt zou worden. Dit om er zeker van te zijn dat de baby snel uitgedreven zou worden, omdat de billen eerst komen en het hoofd als laatst het lichaam verlaat. Ook vond de gynacoloog het noodzakelijk dat ik tijdens het persen mijn benen in beugels zou plaatsen zodat hij goed zicht had op de geboorte en indien nodig tijdig kon ingrijpen. Op het moment zelf heb ik dit als prima ervaren, omdat ik geen onnodig risico wilde lopen op complicaties tijdens de bevalling.

Helaas kwam mijn placenta er niet vanzelf uit waardoor ik uiteindelijk toch nog in de operatiekamer eindigde om deze manueel te laten verwijderen. Ik zat zo op mijn roze wolk dat zelfs dit me niet meer van mijn stuk kon brengen.

Na een nachtje in het ziekenhuis mochten we na controle van de kinderarts naar huis waar we heerlijk van elkaar konden gaan genieten. Met dank aan onze lieve familie, vrienden en geweldige kraamhulp waren we snel gewend aan onze nieuwe rol als ouders.

Als een kind in het laatste trimester van de zwangerschap in stuit heeft gelegen wordt er standaard een controle van de heupen gemaakt met 3 maanden. Deze echo was met 3 maanden goed maar helaas bleek met 8 maanden dat mijn dochter toch heupdysplasie had waarvoor ze een spreidbroekje kreeg. Gelukkig mocht deze na 12 weken alweer af en hebben we verder geen nadelige gevolgen van de stuitligging en bevalling ondervonden. Ik kijk dan ook met positieve gevoelens terug op de zwangerschap en de bevalling.

Toen mijn dochter net 1 jaar was geboren raakte ik opnieuw zwanger. Vanaf het begin voelde ik dat dit weer een stuitkindje zou gaan worden. En ja hoor, vanaf de allereerste echo bleek ook deze baby in stuit te liggen. Ondanks dat het volgens de gynacoloog niet erfelijk is, geloof ik er niet in dat het toeval is dat mijn moeder alle drie haar kinderen in stuit heeft gekregen en ik voor de tweede keer een stuitligging had.

Ook deze zwangerschap verliep weer voorspoedig. Ik had geen kwaaltjes en voelde me net als in mijn eerste zwangerschap erg goed. Voor de zekerheid heb ik ook weer moxa therapie geprobeerd, maar dit zorgde er wederom niet voor dat onze zoon zich omdraaide

Toen ik met 36 weken met zwangerschapsverlof ging kwam weer de doorverwijzing naar het ziekenhuis voor de uitwendige versie. Ditmaal twijfelde ik of ik dit wel wilde. De draaipoging bij mijn eerste zwangerschap vond ik erg vervelend en had ook niet het gewenste effect, waardoor ik hier in eerste instantie niet positief tegenover stond. Uiteindelijk besloot ik toch weer een draaipoging te laten doen, maar net als de eerste keer vond ik dit erg pijnlijk en draaide ook deze baby niet meer.

Gelukkig mocht ik ook ditmaal vaginaal bevallen en omdat mijn eerste bevalling me niet tegengevallen was keek ik er niet tegenop. In tegenstelling tot mijn omgeving heb ik me ook nooit veel zorgen gemaakt om eventuele risico´s. Juist bij een stuitbevalling is er zoveel controle tijdens je bevalling van de verloskundige en een gynaecoloog dat er laagdrempelig wordt ingegrepen als zich complicaties voordoen.

Ook deze baby liet op zich wachten en toen ik met 41 weken lichte krampjes kreeg en naar het ziekenhuis ging voor een CTG mocht ik blijven om te kijken of de bevalling zou doorzetten. Helaas bleek na een nacht heerlijk geslapen te hebben dat de weeën gestopt waren en werd ik voorbereid om weer naar huis te gaan om daar verder af te wachten. Tot ieders verbazing bleek ik bij controle al 5 cm ontsluiting te hebben waardoor ik niet meer naar huis mocht en ik weeopwekkers kreeg om de bevalling op te wekken. Na ruim 3 uur met heftige weeën werd onze prachtige zoon geboren. Bij deze gynaecoloog mocht ik op handen en knieën bevallen. Omdat het mijn tweede bevalling was werd ik ook niet preventief ingeknipt, wat vooral in het herstel erg prettig was.

Ook dit keer kijk ik erg positief terug op mijn bevalling al kwam wederom mijn placenta dit keer niet vanzelf waardoor deze net als bij mijn eerste bevalling manueel verwijderd moest worden in de operatiekamer. Maar dit mocht de pret niet drukken want we waren weer ouders geworden van een gezond kindje en we waren weer dolgelukkig!

We genieten elke dag van ons mooie gezin. Ik weet niet of er ooit een derde kindje mag komen, maar als dit zo is dan ga ik er stiekem vanuit dat dit weer een stuitliggertje zal zijn….

Jools werd geboren met 28 weken en 720 gram

Na enkele jaren werd onze droom eindelijk vervuld, we waren zwanger! Helaas had ik enkele weken later heel wat bloedverlies en werd me vijf weken platte rust voorgeschreven. We waren zo bang dat het mis zou gaan, maar de rust gaf ons kleine vruchtje toch de kans om zich mooi in te nestelen. Met 24 weken zwangerschap wilden we een tripje met z’n tweeën maken, voordat onze kleine meid ons leven voorgoed zou veranderen. Alvorens te vertrekken, moesten we even op controle bij de gynaecologe. Eenmaal daar merkte ze op dat ik verscheidene symptomen van zwangerschapsvergiftiging had en ze stuurde ons ter observatie naar het ziekenhuis, slechts voor 24 uur. Deze 24 uur werden echter een 4-tal weken… Vier weken vol onzekerheid, twijfel, verdriet maar vooral hoop! Want hoe zou ze het allemaal gaan doen als ze eenmaal daar was, zou ze ademen, zou ze zware of enge dingen op haar pad tegen komen en hoe zouden wij daar dan mee omgaan. Vier weken lang de spanning van hoelang ik haar nog bij mij mocht hebben, hoelang kon mijn lijf haar meer bieden dan de couveuse en artsen dat konden. Ons meisje groeide echt niet meer en toen haar hartslag tijdens een monitorsessie te lang te laag was, hebben de dokters besloten om haar ter wereld te brengen. We wisten twee dagen op voorhand dat de keizersnede op vrijdag de 13e zou doorgaan, verschrikkelijk vonden we dat, mijn lichaam begon met trillen en dat is pas gestopt twee dagen na haar geboorte. Wat een zenuwslopende dagen en uren en toen was het 13 januari, 11 uur.

Uiteindelijk is Jools om 11.59 geboren met 720 amgr. De dokters zeiden, terwijl ze haar haalden, dat ze zo fel trappelde en da ze ademde! Onmiddellijk werd ze meegenomen. De artsen hadden ons heel goed voorbereid op deze dag, wat er in welke volgorde zou gebeuren. Gelukkig mocht mijn vriend na enkele minuten bij onze dochter, dit was een goed teken! Ze had na een minuut een Apgar-score van 8 en na vijf minuten zelfs een 9! Jan mocht enkele foto’s nemen en liep steeds van het kleine lokaaltje waar de kinderartsen zich om Jools bekommerden naar me toe en terug om “verslag” uit te brengen. Hij wilde graag bij me blijven, maar ik stond erop dat hij Jools vergezelde tijdens haar transport naar de neonatologie. Ik heb haar zelf pas na zes enorm lange uren mogen zien. Op de foto’s leek ze zo perfect en helemaal niet zo klein. Wat was de shock groot toen ik haar dan in de couveuse zag liggen met het CPAP-maskertje op. Ik kon haar hoofdje en lijfje nauwelijks zien. Nooit van mijn leven had ik zo’n minimensje gezien. De dagen en weken die volgden waren bijzonder heftig. Het brak ons hart om wakker te worden zonder haar in mijn buik en in onze kamer. We voelden ons niet compleet. Terwijl we de plakkers op haar borst en de slangetjes in haar neus zagen, rolden de tranen over onze wangen. Konden we maar meer voor haar betekenen. Onze hoop hing af van een monitorscherm. Zoveel vragen: “Waarom moest ze dit ondergaan?”, “miste ze mijn lichaam?” en “ligt haar bedje wel lekker?”

Haar medische waarden bepaalden volledig onze dag

Zalig waren de momenten dat ze haar vingertjes om de onze krulde en dat we mochten buidelen. Urenlang deden we dat, ik overdag , papa ’s avonds. We voelden dat we ons steeds meer gingen hechten aan elkaar en we hoopten dat ze wist dat wanneer we haar teruglegden, dat we in ons hart steeds bij haar bleven. Hartverscheurend was het om haar ’s avonds welterusten te wensen, haar couveuse af te dekken en steeds het ziekenhuis alleen te moeten verlaten. De verpleging heeft ons steeds fantastisch bijgestaan en ook de psychologe op de neonatologie heeft ons meer vertrouwen gegeven, vertrouwen in ons sterke, dappere meisje, maar ook in onszelf. Onze familie en vrienden waren een enorme steun, ze kookten, deden ons huishouden en maakten kleine kleertjes voor Jools. Bij het bereiken van elke mijlpaal waren we, samen met de verpleging, door het dolle heen. De eerste keer zonder CPAP, het gewicht van1 kilogram, haar eerste zonder optiflow, de eerste keer aan de borst, haar eerste flesje, de eerste keer in bad, haar eerste keer in een warmtebedje en op naar de normale bedjesafdeling. Maar de allergrootste mijlpaal was na 67 dagen naar huis! Hier hadden we zo naar uit gekeken en toen het moment uiteindelijk daar was, waren we zo blij en tegelijkertijd ook zo zenuwachtig. Gaan we dit wel kunnen, zo zonder artsen en verpleegkundigen? We mochten naar huis met een waakmonitor. Tien weken hebben we deze gebruikt, deze bracht ons ergens toch rust en zekerheid. Ook zijn we onmiddellijk gestart met  fysio, ter stimulatie van haar spiertjes.

Wat is ze nu een vrolijk grietje van twee jaar oud. Al komen de emoties en herinneringen aan deze intense tijd nog regelmatig boven, haar schaterlach doet ons al het verdriet van de neo-periode weer zo vergeten. We zijn zo dankbaar dat we onze meid mogen zien opgroeien. Nooit de hoop opgeven mama’s en blijven geloven in de kleine vechtertjes is onze boodschap… Als zij zo sterk voor ons vechten, waarom zouden wij dan ons hoofd laten hangen? Hoe moeilijk de dagen ook waren, we hebben er steeds bewust voor gekozen om met positieve energie de couveuse te openen, we zijn ervan overtuigd dat Jools dit kon voelen en dat dit haar ook weer extra energie gaf. En onthoud: Het geluk zit daadwerkelijk in de kleine dingen. 

 

SIGI

 

Bevallingsverhaal: Ik vond bevallen zo tof dat ik jaloezie voel naar mensen die nog moeten bevallen

17 januari 2019, een belangrijke dag! In de ochtend tekenen we het koopcontract voor ons nieuwe huis, in de middag heb ik een afspraak bij de verloskundige en in de avond een afspraak met de hypotheekadviseur. Ik ben 40+2 weken zwanger, voel me ontzettend goed maar ben natuurlijk ook wel erg benieuwd naar ons meisje. Bij de verloskundige kiezen we ervoor om te gaan strippen. Nadat ik me even over een drempel moest zetten, ging dit wonderbaarlijk goed. De letterlijke woorden van de verloskundige zijn dan ook: ‘Jou zie ik hier de komende tijd niet meer terug meisje. Ik kan helemaal om haar kleine koppie heen en voel een flinke bos met haar. Jij gaat heel binnenkort bevallen, neem je rust vanmiddag’. Rond 15:00 kreeg ik een soort van krampjes in mijn buik. Zal dit het zijn? Om de frequentie bij te houden, stuur ik 💗 naar mijn vriend. Ze komen al vrij snel om de 5 minuten. Hij geeft aan naar huis te kunnen komen, maar dat is nog niet nodig. Dit kan ik makkelijk zelf redden en anders zit hij tussen de weeën door ook maar te wachten. Als hij om 17:00u thuiskomt, wordt het iets heftiger en wil ik hem het liefst bij me hebben. Met koken staat hij te lang in de keuken dus we bestellen nog snel een frietje. Rond 18:00u komt de verloskundige kijken. We beginnen met het opmeten van mijn bloeddruk, vanmiddag nog perfect en nu te hoog. Ze vertelt dat we boven gaan kijken of ik ontsluiting heb en als daarna de bloeddruk nog steeds te hoog is, gaan we richting het ziekenhuis. 3cm ontsluiting, YES! Dit had ik totaal niet verwacht. Helaas is de bloeddruk nog te hoog dus we pakken onze tassen en gaan richting het ziekenhuis. 15 minuten rijden, maar wat een gave rit. We kletsen over dat het nu gaat gebeuren, we maken grappen, lachen heel hard en bellen zelfs midden voor het ziekenhuis nog even de hypotheekadviseur af. Op de parkeerplaats volgt er weer een wee, ze worden toch wel krachtiger. Er wordt een rolstoel geregeld, maar daar moet ik niks van hebben. Ik kan prima lopend weeën wegpuffen. Op de verloskamer is het nog een beetje onwennig. Ik trek wat andere kleding aan en ga nog even richting het toilet. De verloskundige vraagt wat ik ging doen op het toilet en wil daarna gelijk mijn ontsluiting checken. 8CM! 8CM? Hoe dan? Een half uur geleden was dit nog 3cm, heerlijk! De kraamzorg wordt gebeld met de mededeling dat ze op moet schieten. Na een half uur toch wat heftige weeën weg te hebben gepuft, gaat de verloskundige weer checken. 10cm ontsluiting!! Ik mag mee gaan persen. Nu al? Mijn hoofd is er nog niet klaar voor en het eerste half uur kom ik er niet echt in. Ik kan de flow en de goede houding niet vinden. De verloskundige spreekt me streng toe, dit kan en moet beter! Je wilt haar toch bij je hebben? JA, IK WIL NIKS LIEVER DAN DAT! En ineens heb ik de flow te pakken. Een wee, 4x persen en ik dut in. Door dat kleine dutje tussendoor heb ik bij de volgende wee weer energie om alles op alles te zetten.. Na een uur en een kwartier persen wordt de schaar erbij gepakt. De verloskundige vertelt: ‘We gaan een knip zetten in de volgende wee, daarna zet jij alles op alles en hebben jullie een dochter’. 

Die knip klonk spannend, maar deed geen zeer en dat nare geluid waar ik bang voor was bleef ook uit. Ik zette alles op alles en om 22.53 werd haar hoofdje geboren, daarna stopte de wee. Even wat paniek bij mij want ik zag ineens een hoofdje vol haar tussen mijn benen en de rest kwam niet mee. De verloskundige stelde mij gerust.. ‘Dit is niet erg maar bij de volgende wee MOET haar lijfje er uit, dus werken voor je leven’. Nog een laatste zetje en dan…

Dan glibbert er een heel mooi, klein lijfje uit mij (best feeling ever) en krijg ik een prachtig, huilend kindje op mijn borst. Het mooiste gevoel van de wereld, wij zijn ouders van Saar Janne Visser, roepnaam Saar. 50 cm en 3533 gram aan liefde. Wat een ervaring en wat een prachtige bevalling. We voelen ons intens gelukkig. Nadat Saar is bekeken en aangekleed kunnen we de leukste telefoontjes van ons leven plegen. Wat een feest is dat! Iedereen is dolgelukkig en benieuwd. Als ik ben gedoucht en er beschuit met muisjes is gegeten, kunnen we naar huis. Helaas moet de kraamzorg onze kamer nog schoon maken dus hier moeten we op wachten.

Gelukkig komen we de tijd wel door met knuffelen en verwonderen. Wat een prachtig meisje is het. Om 01:30u kunnen we naar huis. Thuis worden we ontvangen door de opa’s en oma’s en ook omi en tante zijn er. Iedereen wil even kijken naar ons meisje. Samen met de kraamverzorgster maken we de wieg in orde en dan kan het beginnen. De eerste nacht alleen met onze baby..

Ik vond de bevalling echt een prachtige ervaring en kijk er met een heel trots gevoel op terug. Ik merk zelfs dat ik een soort van jaloezie voel richting mensen die nog moeten bevallen en de kraamweek nog tegemoet gaan. Het is allemaal zo mooi en intens. Wij zaten hier echt op een grote roze wolk. Saar is nu 8 weken oud en het is een ontzettend lief en tevreden meisje. Het is één groot feest om voor haar te mogen zorgen!

Bevallingsverhaal: Eigenwijze Sterrenkijker

Vierenhalf jaar geleden zat ik met zestien weken zwangerschap al thuis in verband met mijn heftige bekkeninstabiliteit. Ik werkte als horecamedewerker in een revalidatiecentrum en de diensten waren gewoon echt te heftig. Zo kwam ik grotendeels thuis te zitten en twee keer per week therapeutisch aan de receptie.

Met 39 weken was ik het HE-LE-MAAL zat! Ik was op, ik wilde niet meer langer (ik denk dat het merendeel dit wel herkent). Er werd afgesproken dat ik met 40.4 zou worden ingeleid als de kleine druktemaker zich niet eerder zou melden. Het was dinsdagavond. Onze druktemaker werd ineens enorm rustig, zo rustig dat ik hem een hele dag niet meer had gevoeld. Wij zaten te genieten van een avond lekker weer, toen ik het mij ineens besefte. Ik durfde het bijna niet te vertellen aan Pim omdat ook de buren nog op visite waren. Maar ik was zo ongerust. We hebben de verloskundige gebeld en mochten gelijk door naar het ziekenhuis voor een CTG. En natuurlijk, eenmaal aan de CTG begon onze druktemaker weer te rollebollen. Een enorme opluchting. De gynaecoloog stelde voor om mij te strippen omdat ik op ongeveer één centimeter ontsluiting zat. De hele nacht heeft het ongelooflijk gerommeld van binnen. Maar geen teken van weeën. Wanneer begint het nou eindelijk eens? Hoe lang kan ik dit nog aan? Ik had ondertussen enorme olifantenpoten van de warmte, en ook mijn hoofd, armen en rug hadden meer weg van een zeekoe dan van een mooie zwangere Sanne.

 

 

Ik had mij laten vertellen dat ananassen eten zou kunnen helpen de bevalling op gang te brengen, laat ik nou gek zijn van ananas! Ken je dat, zo veel ananas eten dat je tong er van gaat prikken? De hele woensdag liep ik rond met een verbrande tong. Nog een tweede tip was seks! En dan vooral het gedeelte waarin de vrouw op haar hoogtepunt komt. Wij gingen met volle moed aan het werk, en vielen daarna vredig in slaap. Raad je het al? De volgende ochtend rond een uur of vier werd ik wakker met krampen in mijn rug en buik. Verder slapen was geen optie, dus had ik het geweldige plan om mijn haar te gaan wassen. Dan heb ik dat in ieder geval alvast gehad wanneer de baby er is. Hoe naïef kun je zijn hè?! Maar goed, het werd mijn eerste bevalling dus wist ik veel! Eenmaal uit de douche heb ik een kopje koffie gezet en ben ik op de bank gaan liggen. Ik doe zelfs af en toe een slaapje. Tot ik wakker werd van nog hevigere krampen. Ze kwamen om de paar minuten en ik vond het tijd worden voor de weeën-timer-app. De koffie was ondertussen koud geworden maar de app gaf aan dat mijn bevalling echt bezig was. Ik riep Pim wakker en vroeg hem de verloskundige te bellen. We hadden afgesproken om gelijk naar het ziekenhuis te komen omdat wij buiten het bezoekgebied woonden. Aangezien er in het verleden iets goed mis is gegaan bij een nicht van Pim, door een fout van de verloskundige uit het dorp, wilde ik dus perse bij onze huidige verloskundige blijven.

 

 

 

Toen we groen licht kregen om langzaam naar het ziekenhuis te komen, wilde ik opstaan om me om te kleden. Ik voelde een “plop” onderin mijn buik en toen ik recht stond, stroomde er een golf bruin-groen water-slijm langs mijn benen naar beneden. Ik schrok en commandeerde Pim de verloskundige nog eens te bellen. Ik ben mij wat gaan opfrissen in de badkamer. Toen Pim riep dat we “GELIJK” naar het ziekenhuis moesten komen, heb ik de boel, de boel gelaten en ben in mijn vieze pyjama en badjas de auto ingestapt. Thank god, er lag een matrasbeschermer uit het kraampakket op de bijrijdersstoel. Iedere hobbel of bocht was mij te veel, de rit van vijftien minuten leek wel een uur te duren. Op de parkeerplaats van de EHBO kwamen wij erachter dat er €0,50 in de rolstoel moest. We hadden heel de auto volgeladen, maar een muntje van €0,50 was ver te zoeken. Pim ging naar de receptie om er toch nog één te regelen en ik stond daar maar in mijn vieze badjas heen en weer te waggelen op de parkeerplaats, leuk te lachen naar de voorbijgangers.

 

 

 

Eenmaal op de verlosafdeling, in mijn mooie blauwe rolstoel, kreeg ik een verloskamer toegewezen. Ze kwamen mij gelijk wassen en de troep uit mijn ondergoed controleren. Ik mocht nog even gaan douchen voordat ik aan de kabels werd gelegd. Want daarna werd het wat moeilijk om uit bed te komen. Ik werd getoucheerd, werd aan de CTG gelegd, ook de baby kreeg een draadje op zijn fontanel en mijn bloeddruk werd goed in de gaten gehouden. Ik had de hele zwangerschap al een te lage bloeddruk, dus waarschijnlijk had het daar mee te maken. Drie centimeter ontsluiting. Dat schoot niet op. De weeën werden met de minuut erger. Ik kon niet meer in een normale positie blijven liggen. Na een uur of twee werd ik nog eens getoucheerd, bijna vijf centimeter ontsluiting.

 

 

 

Echt ik werd gek! Van te voren had ik mij voorgenomen om de bevalling zonder pijnbestrijding te ondergaan. Maar het werd mij echt te heet onder de voeten. Ik smeekte om pijnstilling. Ik kreeg de keuze tussen een ruggenprik of morfinepomp. Dat laatste klonk mij het meest aangenaam, ook omdat het anders nog zo’n tien uur zou kunnen duren voordat ik kon gaan bevallen. Iets met uitwerking of iets dergelijks. Ze hadden mij alleen niet verteld dat ik ook een blaaskatheter zou krijgen omdat ik niet meer uit bed mocht komen. Wat een fijne keus had ik gemaakt! Ik heb zelfs nog kunnen doezelen en het haalde echt de scherpe randjes van de weeën af. Opeens werd ik wakker uit een klein slaapje en ik merkte dat er iets stond te gebeuren. Ik riep naar Pim dat hij nu echt de “high-tea” moest gaan klaar zetten, het zou niet lang meer gaan duren. Kun je nagaan hoe goed die morfine zijn werk deed. De gynaecoloog kwam mij toucheren en gaf groen licht om met de volgende wee mee te gaan persen. Er kwam nog een vrouwelijke witte jas binnen. Ik had gelezen dat je bij tien centimeter ontsluiting persweeën zou krijgen en dat dat niets voorstelde bij die verschrikkelijke weeën. Niks van waar, ik kreeg geen persweeën, maar wist ik veel dat ik dat moest aangeven. Ik deed braaf wat ze zeiden. Ik perste met iedere wee mee. Na twee uur persen was ik op. Ik had mijn haren helemaal niet hoeven wassen weet je? Het water stond op mijn wiebeltenen. De gynaecoloog gaf aan dat ze mij gingen helpen door middel van een vacuümpomp. Bij de volgende week kreeg ik een knip en konden ze de pomp gaan plaatsen, JEZUS, wat een (letterlijk) KUTGEVOEL! De wee daarop zou hij geboren worden werd mij gezegd. PLOP! Daar was de pomp, maar geen baby… Die zat klem tussen mijn bekken. Ze gingen het nog één keer proberen, zo niet… de O.K. werd al gereed gemaakt. Ondertussen stond er een hele rij met toeschouwers naar mijn opengeknipte, met apparaat aangesloten baargat te kijken. No, never, nooit niet dat ik na al deze ellende ook nog een keizersnee zou krijgen. Er kwam een soort oerkracht vrij en toen ze de pomp weer hadden vastgezogen aan het hoofdje van de baby en ik een wee kreeg, gaf ik alles wat ik nog in mijn mars had en bleef persen totdat ik een glibbering naar beneden voelde glijden. “JAAAA”, werd er geroepen. Er werd een klein, blauw, verfrommeld baby’tje op mijn borst gelegd.

 

 

Javaj Smeets a.k.a. “eigenwijze sterrenkijker” is geboren op 21 augustus 2014 om 18.16 uur. Maar na een tijdje werd er mij verteld dat ze het nog geen bevalling mochten noemen. Er moest nog iets geboren worden. De placenta! Ook daar hebben we zo’n twee uur over gedaan en wéér werd er een O.K. klaargemaakt. En wéér gaf ik alle kracht die ik in mij had, want om nou mijn kleine frummel achter te laten? Gelukkig werd bij de laatste poging ook de placenta geboren en konden ze eindelijk beginnen met schoonmaken en hechten! Ik heb de bevalling als zwaar ervaren, geen haar op mijn hoofd of hechting down under dat ik nog eens zou gaan bevallen. Maar als je er dan achter komt dat je twee jaar later plots toch zwanger bent? Dat lees je volgende maand in mijn blog “Een Gelukje”.

 

 

 

Liefs, 

 

 

 

SANNE (klik hier voor haar Instagram)