De jongen die vorige jaar de boel kort en klein sloeg, doet nogmaals schoolexamen, en ik surveilleer… DEEL II

Een aantal vragen voor het einde van deel één, zucht hij nogmaals diep, staat vervolgens op en mompelt iets in de trent van: “Dit gaat hem toch niet worden!”. Hierna loopt hij het examenlokaal uit. Ik loop hem achterna. In de aula pakt hij zijn telefoon, belt zijn moeder. Ik “schrik” van zijn houding richting zijn moeder. Scheldend, tierend en op een zeer bedreigende toon sommeert hij haar om hem direct op te komen halen. Hij loopt met grote passen door de gang en eist dat een van mijn collega’s zijn lokaal open maakt waar nog spullen liggen. Opmerkelijk is dat de toon nog altijd niet vriendelijk is, maar anders dan zojuist aan de telefoon. Ergens klinkt toch een soort van respect in zijn eis. Ik kies ervoor om bij hem in de buurt te blijven en loop hem dus achterna. Inmiddels zijn er meer collega’s aanwezig om escalatie te voorkomen of te kunnen assisteren indien het wel tot een escalatie zal gaan komen. Ik hoor hem weer tekeergaan tegen zijn moeder, de toon wordt steeds heftiger en bedreigender. Vervolgens hangt hij op, neemt hij een stoel en gooit die in de richting van de PC’s achter in het lokaal, waarna hij het lokaal weer verlaat en in de aula gaat zitten. Zijn moeder is op dat moment onderweg om hem te halen. Verschillende collega’s doen een poging het gesprek met hem aan te gaan. Allen wijst hij af. Duidelijk, maar met een soort respect. Uiteindelijk loopt hij naar buiten en ik besluit een poging te wagen, vanwege mijn eerdere besluit hem nabijheid te blijven geven. Ik vraag of ik iets voor hem kan doen. Dat kan ik niet. Hij geeft aan alleen maar weg te willen. Ik zeg tegen hem dat ik trots ben en dat het niet geeft. Hij denkt hier anders over. Hij heeft een kutdag, een kutweek. Hij heeft gefaald. Hij is teleurgesteld. Ik besluit hem te laten en geef hem aan beschikbaar te zijn wanneer hij erover wil praten. Dit wil hij niet, hij loopt naar de weg, waar zijn moeder komt aanrijden.

Ik baal. Het is hem weer niet gelukt. Toch ben ik trots. Trots op het feit dat hij het tóch weer heeft geprobeerd. Trots op het feit dat hij zich over zijn faalangst heeft durven heenzetten in de hoop dat het nu wel zou lukken. Trots dat hij zijn woede-uitbarsting heeft volgehouden tot buiten de examenzaal. Toch baal ik. Ik had het hem zo gegund. Ik had hem zo gegund dat hij zou ervaren dat hij dit kon volbrengen, een mooi resultaat zou halen, hij ervan af was, trots was. Helaas is dit waar we dagelijks mee dealen in ons onderwijs. Een mooie kans, die VMBO examens met een echt diploma. Maar voor sommige leerlingen simpelweg niet haalbaar of niet passend. Voor hen maken we andere trajecten. Ook heel mooie. Trajecten die bij dit soort leerlingen beter passen. Trajecten op maat. Want dat is wat speciaal onderwijs, speciaal maakt.

De jongen die vorige jaar de boel kort en klein sloeg, doet nogmaals schoolexamen, en ik surveilleer… DEEL I

Het is 11 maart acht uur in de ochtend als ik onze school binnen stap. Al direct bij binnenkomst tref ik mijn collega, in volle spanning en met zweetdruppels op zijn voorhoofd. Vandaag starten de rekenexamens. Drie dagen van onzekerheid want werkt alles naar behoren? Zijn de leerlingen op tijd? Hebben ze alles bij zich? En bovenal: hoe zullen ze het examen maken?

 

 

Sinds een aantal jaren is het binnen onze speciale school mogelijk voor de leerlingen om examen te doen en een VMBO-diploma te behalen. Tussen maart en juli is bij ons dus de periode van ‘examenstress’. Nu hoor ik je denken: maart en juli? Jep! De examenperiode begint altijd met de rekentoets en hoewel deze in maart wordt afgenomen, zijn wij (ik zit in de examencommissie) al vanaf december bezig met de planning en organisatie hiervan. Voor 1 december moeten de leerlingen worden aangemeld bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). In principe zijn leerlingen zelf aanvrager van het examen (op maat), maar omdat we dit als school faciliteren nemen wij de aanvraag voor onze rekening. Twee weken daarna, zo rond de kerstvakantie, krijgen we van DUO de bevestiging van de aanmelding en is deze definitief. Vervolgens gaan mijn collega en ik samen zitten om de planning te maken, ergens zo rond begin februari. Ook dit wordt aangeboden aan DUO en door hen bevestigd. Wanneer we deze bevestiging hebben, worden leerlingen geïnformeerd over hun examens; allereerst dus de rekentoets in maart, daarna de digitale examens in april, in mei de schriftelijke examens en uiteindelijk in juni of juli de mondelinge examens. Leerlingen krijgen te horen wanneer ze op examen mogen voor hun rekentoets en wat we verder van hen verwachten.  

 

 

En vandaag is het dus zover: de eerste groep leerlingen stroomt tussen half negen en tien uur binnen voor het eerste examen van die dag. Zij melden zich bij de surveillant en tonen hun ID-bewijs. Vervolgens moeten zij nog wachten tot de start. Rond half tien ontvangen we de voorzitter. Meneer Knaven is al jaren onze voorzitter voor het digitale examen. Hij weet dan ook precies hoe hij met onze doelgroep moet omgaan en durft ‘out of the box’ te denken en bepaalde protocollen voor onze leerlingen los te laten.  Super fijn! Met hem spreken we door hoe het examen er uit zal zien en waar we rekening mee moeten houden. Vandaag hebben we die ene leerling op het lijstje staan… Die ene leerling die vorig jaar óók zijn rekenexamen heeft geprobeerd te maken maar na 4.55 min uitermate gefrustreerd het examenlokaal verliet en de boel kort en klein sloeg. Vandaag probeert hij het nog eens. Ik hoop zo dat het hem nu gaat lukken. Dat hij nu in ieder geval zijn examen af kan maken. Dat ie mogelijk een onvoldoende scoort en dus zijn examen niet haalt, maakt me niet eens uit. Als ie het maar afmaakt. Voor zijn zelfvertrouwen zou dat al een hele stap zijn.

 

Hij komt binnen. Ergens zo rond half tien. Door zijn moeder afgezet. Hij lijkt ogenschijnlijk rustig. Tja, ogenschijnlijk… Want wat er echt in zijn koppie omgaat, dat weten we natuurlijk niet. Ik probeer hem te ‘lezen’. Is hij misschien toch gespannen? Ik besluit hem gewoon te vragen hoe het gaat en hij antwoord dat het wel oke is. Toch ben ik er niet helemaal gerust op. Het zou wel eens verkeerd kunnen aflopen. Ik loop naar de voorzitter en ga, samen met mijn collega met hem in gesprek over de mogelijkheden om het voor deze leerling net iets makkelijker te maken. De voorzitter stemt in met het voorstel dat ik aanwezig mag zijn in het examenlokaal. In stilte mag ik naast deze leerling gaan zitten voor ‘mental support’. Vanzelfsprekend mag ik niets zeggen. Ik loop terug en stel hem dit voor. Hij zucht. Er lijkt een stukje spanning te zijn weggenomen.

 

 

Om vijf voor tien worden de leerlingen verzocht zich gereed te maken voor de start van het examen. Hebben zij hun spullen (jassen, tassen, petten, telefoons, horloges etc.) ingeleverd bij de surveillanten? Hebben zij hun ID kaart bij zich? Ik zie dat de spanning begint toe te nemen. Niet alleen bij deze leerling, maar bij alle anderen ook. Logisch, het is een hele stap om een officieel examen te maken. Mijn collega en ik begeleiden de leerlingen dan ook tot ze binnen zijn. Op het laatste moment vraagt ‘mijn leerling’ of ik nog even zijn lokaal wil open maken, zijn paspoort ligt er nog. Snel wordt het lokaal voor hem open gemaakt en kan hij zijn paspoort pakken. Als dit maar niet de druppel is…  Eén voor een worden de leerlingen naar binnen gevraagd door de voorzitter. Zij tonen hun ID en gaan zitten op de plek waar zij hun naam zien staan. Als laatste ga ik naar binnen. Ik neem plaats naast de leerling en zeg hem rustig aan te doen. Ik spreek het vertrouwen naar hem uit dat het goed komt. De voorzitter begint het examen met een toelichting. Hij vertelt dat het examen uit twee delen bestaat; een deel zonder rekenmachine (het eerste deel) en een deel met rekenmachine. Wanneer de leerlingen van deel een naar deel twee klikken, kunnen zij niet meer terug naar deel een. Ik hoor de leerling zuchten. Zijn hoofd gaat naar beneden. Vervolgens wordt het startsignaal gegeven. De leerling klikt op de eerste vraag en leest deze. Hij krabbelt wat op papier, kijkt hier geconcentreerd naar en krast het vervolgens door. Wederom een zucht. Hij klikt op de volgende vraag. Dit is een meerkeuzevraag en er wordt vrij snel een antwoord ingevuld. Door naar de volgende vraag. Weer zie ik hem nadenken en nogmaals zuchten. Sneller dan bij de vorige vraag, klikt hij weer verder naar de volgende vraag. Dit gaat zo een aantal vragen door. Ik hoor hem steeds zwaarder ademen en steeds vaker zuchten. En dan, dan is daar het moment waar we allemaal zo bang voor waren…

 

 

 

 

ZORGCOORDINATOR AMANDA (klik hier voor haar Instagram)